KA31: Industriële revolutie

Wat is een kenmerk van een revolutie?
A
Snelle en ingrijpende veranderingen
B
Wanneer sprake is van continuïteit
C
Langzame aanpassingen in beleid
D
Kleine sociale veranderingen
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat is een kenmerk van een revolutie?
A
Snelle en ingrijpende veranderingen
B
Wanneer sprake is van continuïteit
C
Langzame aanpassingen in beleid
D
Kleine sociale veranderingen

Slide 1 - Quiz

Welk beroep hadden de meeste mensen voor de industriële revolutie?
A
Kantoorbediende
B
Ambachtsman
C
Boer
D
Softwareontwikkelaar

Slide 2 - Quiz

Waar begint de industriële revolutie?
A
Frankrijk
B
Verenigde Staten
C
Duitsland
D
Engeland

Slide 3 - Quiz

KA31: Industriële Revolutie

Ontwikkelingen in de landbouw zorgen ervoor dat boeren naar de stad trekken. De huisnijverheid wordt vervangen door de productie in fabrieken. De steden groeien hard en de samenleving verandert in een industriële samenleving. 

Slide 4 - Slide

Waarom is de 'Industriële Revolutie' nog steeds relevant voor de wereld van vandaag?

Slide 5 - Open question

Leerdoelen KA31
T8-1: Je kunt uitleggen hoe de landbouw veranderde in de 18e eeuw.
T8-2: Je kunt de sociaalmaatschappelijke ontwikkelingen beschrijven die plaatsvonden tijdens de overgang van de agrarisch-urbane samenleving naar de industriële samenleving.

Slide 6 - Slide

Terminologie
  • De Industriële Revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.
  • Enorme gevolgen voor het dagelijks leven van veel mensen
  • Transport, productie, wonen, werkomstandigheden, gezondheid
LD: n.v.t.

Slide 7 - Slide

Meer voedsel
  • Engeland: meer landbouwgrond in handen grootgrondbezitters
  • Grote aaneengesloten gebieden, pachters bewerken het land
  • Door nieuwe technieken en werktuigen hogere productie
  • Hogere voedselproductie = groeiende bevolking
LD: T8-1

Slide 8 - Slide

Huisnijverheid
  • Meer voedsel per persoon = dalende prijzen
  • Boeren doen aan huisnijverheid voor extra inkomsten, prijzen dalen omdat steeds meer boeren dit nodig hebben om te overleven
  • Boeren trekken naar de stad in de hoop op een beter leven
LD: T7-18

Slide 9 - Slide

Dalende prijzen
  • Uitvindingen die het productieproces versnelden van m.n. kleding (wol en textiel)
  • Machines waren erg groot; verplaatsing van productie naar fabrieken
  • Alleen rijke mensen konden investeringen veroorloven
  • Nijverheid weggeconcurreerd
LD: T7-18

Slide 10 - Slide

Stoommachine
  • Mens- en paardenkracht overgenomen door machines die werken op fossiele brandstoffen
  • Stoomtechnologie
  • Zorgt voor revolutie in de productie; veel minder mankracht kan veel meer produceren! 
LD: T7-18

Slide 11 - Slide

Nieuwe samenleving
  • Huisnijverheid verdwijnt; boeren trekken naar de stad
  • Rondom de stad worden nieuwe fabrieken gebouwd, die arbeiders nodig hebben
  • Ontstaan industriële samenleving
  • Gigantisch snelle groei steden, met slechte werk- en leefomstandigheden
LD: T7-18

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Bedenk een reden waarom fabrieken voornamelijk rondom steden werden gebouwd.

Slide 15 - Open question

Bedenk een reden waarom een stijging van de voedselproductie een groot effect heeft op de bevolkingsomvang.

Slide 16 - Open question

Leg uit waarom vooral grote steden ontstonden in gebieden waar steenkool in de grond zit.

Slide 17 - Open question

Leg uit waarom de ongelijkheid in de samenleving door de industriële revolutie enorm toenam.

Slide 18 - Open question

Wat is een belangrijk gevolg van nieuwe landbouw technologieën?
A
Hogere voedselproductie
B
Afname van boerenbevolking
C
Minder variëteit in gewassen
D
Meer werkgelegenheid in de huisnijverheid

Slide 19 - Quiz

Wat was het belangrijkste product in de huisnijverheid?
A
Vervoersmiddelen
B
Katoen
C
Houtbewerking
D
Metaalbewerking

Slide 20 - Quiz

Waarom werden fabrieken bij steden gebouwd?
A
Om grondstoffen te verbergen
B
Dichtbij de arbeiders
C
Toegang tot transportwegen
D
Om het milieu te beschermen

Slide 21 - Quiz

Wat was geen gevolg van de verandering naar een industriële samenleving?
A
Toename van traditionele ambachten
B
Toename van stedelijke bevolking
C
Verhoogde industriële productie
D
Stijging van agrarische productie

Slide 22 - Quiz