a. lecture globale: Dit gebruik je bij langere teksten alvorens de alinea's te skimmen.
> bepaal de tekstsoort (quel est le type de texte ..)
> bepaal schrijfdoel (info geven, mening geven, vermaken, aanzetten tot handelen...)
> globaal lezen en onderwerp bepalen, w-vragen (wie, wat, waar, waarom, wanneer