Les 9. verbos regulares

Mevrouw de Cuba
1 / 24
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Mevrouw de Cuba

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

¿Qué vamos a hacer?

  • Repaso verbos regulares
  • los números
Leerdoel: 
Ik kan de regelmatige werkwoorden vervoegen in het Spaans

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Programa
5 min - bienvenidos 
25 min - verbos regulares 
15 min - los números
Bingo

¿Preguntas?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

¿BIEN?
¿MAL?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

geef de infinitivo van een
werkwoord dat eindigt op -ar/-er en -ir

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

 Herhaling persoonlijke voornaamwoorden
Ik
yo
Jij
Hij / zij / u
él / ella / usted
Wij
nosotros (-as)
Jullie
vosotros (-as)
Zij mv / u mv 
ellos / ellas / ustedes
In het Spaans hoeft het persoonlijk vnw er niet bij te staan. Je kunt aan het werkwoord zien welke persoon bedoeld wordt.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Repaso: los verbos regulares

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Stappenplan
werkwoorden vervoegen

1. Haal -ar, -er of -ir van het werkwoord af, nu heb je de stam.
2. Wat is het onderwerp van de zin (yo, tú, él ...).
3. Bekijk wat de juiste uitgang is die bij dit onderwerp hoort. (kijk goed bij AR, ER of IR)
4. Plak de uitgang aan de stam.

Voorbeeld: Ella ______ (vivir) en una casa muy grande. 
1. Het is een ir werkwoord, de stam is viv
2. Het onderwerp in de zin is: Ella (zij)
3. Als je kijkt in het schema bij de ir werkwoorden staat er bij ella > e
4. viv + e = vive                        Het juiste antwoord is: Ella vive en una casa muy grande.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vervoeg het werkwoord HABLAR.
yo

él
nosotros
vosotros

ellos
hablo
hablas
habla
hablamos
habláis

hablaron

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

yo
él, ella, usted
nosotros/ nosotras
vosotros/ vosotras
ellos, ellas, ustedes
viven
hablo
vende 
vivimos
vendo
es
eres
habla
aprendemos
estudiáis
trabajan
hablamos
vivís
escribes
buscamos
sois
son

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

comer, usted
A
comed
B
coman
C
coma
D
come

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

hablar, tú
A
hablas
B
hablad
C
hable
D
hablen

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

escribir, vosotros
A
escriban
B
escribid
C
esribe
D
escribís

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

trabajar, ustedes
A
trabajad
B
trabaje
C
trabaja
D
trabajan

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Mi hermano (nadar) en la piscina.
A
nado
B
nadamos
C
nadéis
D
nada

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Ellos (vivir) en Madrid.
A
viven
B
vive
C
vivís
D
vivo

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Yo (beber) agua.
A
bebo
B
bebéis
C
bebe
D
bebes

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Nosotros (comer) paella.
A
como
B
comemos
C
coméis
D
comen

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

¡A trabajar!

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Profedele

¿Qué?              Link

¿Tiempo?       15 minutos

¿Cómo?          Individualmente

¿meta?           Practicar con los verbos en el presente




timer
15:00

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Los números

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Más números
timer
10:00

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

BINGO DE NUMEROS

Slide 23 - Slide

1.
30
69
99
46
28
42
13
8
19
27
59

2.
13
8
61
23
18
76
45
99
100
84
91
GIMKIT 
timer
15:00

Slide 24 - Slide

This item has no instructions