What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
7.3
7.3
regels in het verkeer
1 / 14
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
14 slides
, with
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
7.3
regels in het verkeer
Slide 1 - Slide
de
kilometer
Een kilometer is hetzelfde als 1000 meter. Kilometer = km
Kilo = 1000
zin
: De afstand tussen de school en het station is 3
kilometer
.
Slide 2 - Slide
de weg
Een plek waar je met de fiets of de auto kan rijden.
Zin:
De weg is voor fietsen gemaakt.
Slide 3 - Slide
rijden
in/op een voertuig
ww:
rijd - reed - heb gereden
zin:
Ik
rijd
met de auto naar school, want het regent.
zin
:
Wij rijden te hard op de weg. Misschien krijgen wij een boete!
Slide 4 - Slide
de snelweg
De auto rijdt op de snelweg.
De auto mag op de snelweg 100, 120 of 130 km/u rijden.
(km/u = kilometer per uur)
Slide 5 - Slide
het fietspad
Het fietspad is vaak rood.
Zin:
De fietser rijdt op het fietspad.
Slide 6 - Slide
het zebrapad
Witte strepen op de weg.
Hier mogen mensen lopen.
Zin:
Op het zebrapad mogen mensen lopen.
Slide 7 - Slide
STOPPEN
Stoppen" betekent "eindigen met iets" of "niet meer doorgaan."
zinnen:
De bus stopt bij het station.
Ik stop met werken om 17:00 uur.
Slide 8 - Slide
het verkeersbord
2 verkeersborden
Borden langs de weg.
Vertelt wat over de weg.
Zin: Langs de weg staan er verkeersborden.
Slide 9 - Slide
het stoplicht
rood, oranje en groen
Dan weet het verkeer wanneer ze moeten stoppen wanneer ze verder moeten gaan.
Zin:
Als de stoplicht rood is, moeten de auto's stoppen.
Slide 10 - Slide
let op
Let op betekent "let goed op" of "kijk goed". Het is een manier om iemand te waarschuwen om aandacht te geven aan iets.
zinnen:
Let op de borden, ze staan op een gevaarlijke plek.
Let op, de trein komt zo aan!
Slide 11 - Slide
de
regel
wat mag je wel doen?
wat mag je niet doen?
afspraak
de
regel - de regel
s
zin:
De
regel
is: geen muts op in de klas.
Slide 12 - Slide
het verkeer
alle mensen, fietsen, auto's, bussen en andere voertuigen die op de weg zijn.
Zin:
Het verkeer
in de stad is erg druk. Er zijn veel mensen op de straat.
Slide 13 - Slide
🛑🚲🚦 Invuloefening: Regels in het verkeer 🚗🚦🚲
Vul de juiste woorden in:
_______! Hier mogen auto’s niet rijden.
Fietsers moeten op het _______ fietsen.
Je mag hier 50 _______ per uur rijden.
Een rood _______ betekent dat je moet stoppen.
Bij het _______ mogen voetgangers oversteken.
Er zijn veel _______ in het verkeer. Bijvoorbeeld: je mag niet door rood rijden.
Wij _______ op de snelweg naar Rotterdam.
Auto’s mogen niet op het fietspad _______.
De auto moet voor het stoplicht _______.
Op een _______ zie je hoe hard je mag rijden.
De _______ is druk. Er zijn veel auto’s en fietsen.
De _______ tussen twee steden is vaak lang.
Slide 14 - Slide
More lessons like this
7.3: regels in het verkeer
November 2023
- Lesson with
13 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo, k
Leerjaar 3
7.3: regels in het verkeer
September 2024
- Lesson with
13 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo, k
Leerjaar 3
WI 1 3/2/22 TC 7.2 herh en 7.3
February 2022
- Lesson with
19 slides
NT2
MBO
Studiejaar 1
ABR5 15.12.23
December 2023
- Lesson with
19 slides
Anders
MBO
Studiejaar 1
WI 1 3/2/22 TC 7.2 herh en 7.3
February 2023
- Lesson with
12 slides
NT2
MBO
Studiejaar 1
WI 1 3/2/22 TC 7.2 herh en 7.3
March 2024
- Lesson with
12 slides
NT2
MBO
Studiejaar 1
ABR6 04.03.2024
March 2024
- Lesson with
25 slides
Anders
MBO
Studiejaar 1
AOR4 12.06.2024
June 2024
- Lesson with
30 slides
Anders
MBO
Studiejaar 1