- Schrijf een tekst van minimaal 500 woorden over Reinaert de Vos en minimaal één andere
behandelde tekst.
- In je tekst bespreek je naast Reinaert de Vos minimaal één van de andere behandelde
primaire werken (zie Nieuw Nederlands Literatuur , p. 76 t/m 93).
- Uit je eindopdracht blijkt je kennis van de middeleeuwse literatuurgeschiedenis door het
gebruik van minimaal drie (of meer) termen die bij de middeleeuwse literatuurgeschiedenis
horen (zie hiervoor Reinaert de Vos, pagina 103 en 104; Nieuw Nederlands Literatuur, p. 76
t/m 93) en je aantekeningen van de lessen.
- In je beschrijving van de literatuur (van minimaal één van de twee primaire werken) neem je
minimaal één onderwerp over de context waarin de middeleeuwse literatuurgeschiedenis is
geschreven. (Meer mag ook). Zie de lijst met onderwerpen. Je mag ook een ander onderwerp
nemen, maar overleg dat vooraf even.
Voorwaardelijk :
(Zie zo nodig Hoofdstuk 1 van Nieuw Nederlands Flex dat eerder dit jaar is behandeld)
- De tekst heeft een duidelijk begin, midden en eind.
- Het gekozen tekstdoel is duidelijk uit de tekst te halen en wordt consequent in de tekst
doorgevoerd.
- Functie- en signaalwoorden worden in de tekst gebruikt en op een juiste manier.
- Bronvermelding