pv tt - onregelmatige vormen en Engelse ww


werkwoordspelling
pv tt 
onregelmatige vormen / Engelse werkwoorden
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson


werkwoordspelling
pv tt 
onregelmatige vormen / Engelse werkwoorden

Slide 1 - Slide

Waarom doen we dit?
1) Werkwoorden kun je alleen maar goed spellen, als je weet met welke vorm      van het werkwoord je te maken hebt:
    fout:  dat gebeurd nooit                   goed:  dat gebeurt nooit
    fout:  dat is nog nooit gebeurt      goed:  dat is nog nooit gebeurd

2) Het is verplichte stof 

Slide 2 - Slide

onregelmatige vormen

Slide 3 - Slide

opwarmen
  • Hoe herken je een pv ook al weer?
  • Wanneer gebruik je de ik-vorm?
  • Wat is het verschil tussen de ik-vorm en de stam?
  • Wanneer gebruik je de hij-vorm?
  • Wanneer gebruik je de wij-vorm?


Slide 4 - Slide

onregelmatige vormen

Het Nederlands heeft ook een aantal onregelmatige vormen. 
De ik-vorm, jij-vorm of hij-vorm wordt dan anders gespeld dan bij gewone werkwoorden.

Slide 5 - Slide

werkwoorden uit het Engels

Slide 6 - Slide

gebruik de normale regels
Werkwoorden die uit het Engels komen, vervoeg je zoals Nederlandse werkwoorden.

Lastig hierbij is de ik-vorm. Voor de uitspraak moet hier soms een -e in blijven staan. Je krijgt dan een vorm die er wat ‘gek’ uitziet.
                         tapen  -> fout: ik tap
                                       -> goed: ik tape

Slide 7 - Slide

Als je de ik-vorm weet, vervoeg je de werkwoorden vervolgens zoals je geleerd hebt:
1) faxen:           ik fax           -  jij faxt           -  hij faxt          -        wij faxen
2) racen:          ik race        -  jij racet        -  hij racet        -        wij racen
3) typen:          ik typ          -  jij typt           -  hij typt          -        wij typen
4) stressen:    ik stres      -  jij strest       -  hij strest      -        wij stressen
5) recyclen:    ik recycle  -  jij recyclet  -  hij recyclet  -        wij recyclen


Slide 8 - Slide

Hoe spel je de pv in onderstaande zin?

(surfen) Mijn broer ... erg goed voor zijn leeftijd.
A
surft
B
surfet
C
surfd
D
surfdt

Slide 9 - Quiz

Hoe spel je de pv in onderstaande zin?

(tapen) De fysiotherapeut ... mijn enkel vandaag.
A
tapt
B
tapet
C
taped
D
tapedt

Slide 10 - Quiz

Noteer de juiste vorm van de pv.

(racen) Max Verstappen ... zondag om 14:15 uur.

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide