2Ha - les 3

Nederlands 
Welkom 2Ha!

Inloggen in LessonUp is vandaag niet nodig.


1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Nederlands 
Welkom 2Ha!

Inloggen in LessonUp is vandaag niet nodig.


Slide 1 - Slide

Lesinhoud
  • Zelfstandig lezen (10 minuten)
  • Bespreken huiswerk
  • Aan de slag

Slide 2 - Slide

Lezen
Ga 10 minuten zelfstandig lezen in je leesboek. Geen boek mee? Schrijf dan een gedicht over waarom je geen boek mee hebt (wees creatief!). Let op: je moet het wel voorlezen... 
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Onderwerp
Iedere tekst heeft een onderwerp.
  •  Kun je vinden door te kijken naar: titel, ondertitel, afbeelding, inleiding
  •  één woord (‘zorg’) of woordgroep (‘werken in de zorg’). Ga uit van maximaal 5 woorden
  • belangrijke informatie staat in de inleiding, middenstuk en slot


Slide 4 - Slide

Hoofdgedachte
  • De hoofdgedachte is de belangrijkste boodschap van de tekst 

  • Soms gaan 2 zinnen over hetzelfde onderwerp, maar hebben ze een andere hoofdgedachte:

- De personeelstekorten in de zorg zullen  alleen maar toenemen.
- De zorg is de mooiste en meest dankbare sector om in te werken.



Slide 5 - Slide

onderwerp
hoofdgedachte
vinden met orienterend lezen
vinden met nauwkeurig lezen
een woord of paar woorden
een hele zin
let op: geen vraagzin!
waar de tekst over gaat
wat de schrijver over het onderwerp wil vertellen
meestal eerste vraag in een toets
meestal laatste vraag in een toets

Slide 6 - Slide

Lezen H1
Hoofd- en bijzaken en kernzinnen

Slide 7 - Slide

Hoofdzaken en kernzinnen
Hoofdzaken: 
Belangrijkste zaken in een tekst (niet zo belangrijk = bijzaak).
Vind je op voorkeursplaatsen (inleiding/slot).

Staat vaak in kernzin van een alinea. 
Kernzin: 1e, 2e of laatste zin in alinea. 

Slide 8 - Slide

Bespreken huiswerk
Opdracht 3 van H1 Lezen

Slide 9 - Slide

Bespreken opdracht 3
1. sociale vaardigheden
3. a sloten buiten (al. 1): lieten niet meedoen
b verschraling (al. 2): vermindering van kwaliteit
c ontwikkeling (al. 4): verandering (die doorwerkt op andere gebieden)
d voldoen (al. 4): geschikt zijn; passen (in de situatie)
e toereikend (al. 6): genoeg; voldoende
f interpreteren (al. 7): verklaren; uitleggen
g empathie (al. 7): vermogen om je in iemand in te leven
h op gezette tijden (al. 8): op vaste momenten
i motto (al. 8): (toepasselijke) spreuk


Slide 10 - Slide

Bespreken opdracht 3
4 Mensen hebben tegenwoordig vaak onvoldoende sociale vaardigheden. (twee laatste zinnen van alinea 2)
5 Sociale vaardigheden zijn te verdelen in vier categorieën: contact maken, feedback geven, feedback ontvangen en voor jezelf opkomen. (eerste zin)
6 De eerste heeft met ‘sociale mobiliteit’ te maken, dat betekent: van de ene maatschappelijke laag naar de andere stijgen. De andere ontwikkeling is de nadruk op samenwerking in het onderwijs en op de werkvloer.
7 Alinea 6 gaat over sociale mobiliteit en daarover is in alinea 4 ook al iets gezegd.
Je kunt alinea 6 zien als een toelichting op de ontwikkeling ‘sociale mobiliteit’. Een toelichting neem je nooit op in een samenvatting.

Slide 11 - Slide

Bespreken opdracht 3
8 Volgens technologieprofessor Turkle leer je sociale vaardigheden in eerste instantie door persoonlijk contact, dus vooral tijdens persoonlijke gesprekken en gesprekjes, of die nu plaatsvinden aan de eettafel thuis of in de schoolkantine. (eerste zin)
9 Dat alles betekent dat we ons gebruik van digitale media moeten gaan beperken. (eerste zin)

Slide 12 - Slide

Aan de slag
Maak opdracht 5 van Lezen H1 (blz 15 en 16). Klaar? Ga dan lezen in je leesboek. 

Slide 13 - Slide