§2.3 De Romeinse samenleving

§2.3 De Romeinse samenleving
Hoofdvraag
"Hoe verspreidde de Romeinse cultuur zich over het hele rijk?"
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

§2.3 De Romeinse samenleving
Hoofdvraag
"Hoe verspreidde de Romeinse cultuur zich over het hele rijk?"

Slide 1 - Slide

Planning
- Binnenkomst + opstart (5 min.)
- Oefentoets (5 min.)
- Uitleg §2.3 (20 min.)
- Opdrachten 3 t/m 6 maken (20 min.)
- Uitleg §2.3 (10 min.)
- Opdrachten 7 t/m 10 maken (15 min.)
- Einde les (5 min.)

Slide 2 - Slide

Wat is een beroepsleger?
A
De soldaten zijn normaal boeren
B
De soldaten zijn normaal inwoners van een stad
C
Soldaat zijn is hun werk
D
De soldaten worden ingehuurd als er oorlog is

Slide 3 - Quiz

Hoe kon het dat de Romeinen andere volken gemakkelijk versloegen?
A
Romeinen hadden meer kracht
B
De Romeinen waren sneller
C
De Romeinen hadden een beroepsleger
D
Het Romeinse leger had meer paarden

Slide 4 - Quiz

Welke kaart is de kaart van het Romeinse rijk?

Slide 5 - Drag question

Wat is een Republiek?
Een land zonder koning, dat bestuurd wordt door 1 of meer gekozen leiders. 

Slide 6 - Slide

Rome werd bestuurd door...
  • Enkele honderden leiders
  • Leiders kwamen uit rijke families

  • Samen vormde deze leiders de Senaat
  • De Senaat keurde wetten goed of af, ze kwamen samen tot een beslissing.

Slide 7 - Slide

Overgang Republiek naar Keizerrijk
  • Door de vele veroveringen --> legerleiders heel belangrijk
  • Soldaten trouw aan hun legerleider
  • Julius Caesar was zo'n legerleider, hij was heel populair bij zijn soldaten
  • 48 v.C. grijpt Caesar de macht in Rome en wordt hij alleenheerser

Slide 8 - Slide

Caesar werd in 44 v.C. door senatoren vermoord.

Slide 9 - Slide

Dit duurde niet lang...
  • In 44 v.C. wordt Caesar vermoord door de Senaat
  • Maar... Hij had een zoon --> Augustus. 
  • Augustus volgt zijn vader op. 
  • In 27 v.C. heeft hij alle macht
  • Begin keizerrijk

Slide 10 - Slide

Keizerrijk
  • Een land waar de keizer de baas is.
  • De keizer is de hoogste bestuurder van het land 

  • Augustus was een keizer. Hij was ook de opperbevelhebber van het leger en liet de grenzen van het rijk goed bewaken.

Slide 11 - Slide

Opdrachten


- Maak opdrachten 3 t/m 6 van § 2.3

Slide 12 - Slide

Vier sociale lagen
  • In het Romeinse Rijk waren de verschillen tussen arm en rijk groot.
  1. Rijke belangrijke mensen, zoals een legeraanvoerder of iemand in het bestuur (senaat). 
  2. Handelaren en ambachtslieden. Zij woonden in steden.
  3. Arme mensen zonder vast werk. Boeren die op zoek zijn naar werk in de steden.
  4. Slaven. Zij waren in bezit van hun meester.

Slide 13 - Slide

De Grieks-Romeinse cultuur
  • De Romeinen waren onder de indruk van de Griekse cultuur, daarom namen zij veel van de Griekse cultuur over, zoals: de goden (Zeus -> Jupiter), bouwkunst etc. 
  •  De Romeinen hadden ook eigen gebruiken, bijv. het dragen van een witte toga en gladiatorenspelen.

De Romeinse en Griekse cultuur raakten dus met elkaar vermengd.

Slide 14 - Slide

Opdrachten



7 t/m 10 van §2.3

Slide 15 - Slide