Taalverzorging 7 + 9 les 3

Taalverzorging 
Grammatica
Spelling
Formuleren
Taalbewustzijn
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Taalverzorging 
Grammatica
Spelling
Formuleren
Taalbewustzijn

Slide 1 - Slide

Taalverzorging 
Je weet hoe je de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde en het onderwerp in een zin kan benoemen.
Je weet wat zinsdelen zijn en kan deze in een zin aanwijzen. 
Je weet wat het lijdend voorwerp is en kan dit benoemen in een zin. 

Slide 2 - Slide

Lezen

Slide 3 - Slide

Schrijf deze zinnen op:

Batu heeft gisteren een mooi pak gekocht.

Van mijn ouders moet ik mijn telefoon inleveren.

Slide 4 - Slide

Ontleed deze zinnen
- persoonsvorm
- werkwoordelijk gezegde 
- onderwerp
- zin in zinsdelen verdelen

Slide 5 - Slide

Hoe vind je het lijdend voorwerp?

  • Je stelt deze vraag:           wie of wat + wg + ow

                      Heb / jij / die chocoladereep / gisteren / opgegeten?
pv: heb
wg: heb opgegeten
ow: jij                                            
                                   lv: wie of wat + wg (heb opgegeten) + ow (jij)

Slide 6 - Slide

Terug naar de zinnen!
Batu heeft gisteren een mooi pak gekocht.

Van mijn ouders moet ik mijn telefoon inleveren.

Slide 7 - Slide

Wat is het lijdend voorwerp?
Vorige week gaf ik een cadeau aan mijn buurman.
A
vorige week
B
een cadeau
C
ik
D
aan mijn buurman

Slide 8 - Quiz

Welke vraag stel je om het lijdend voorwerp te vinden?

Slide 9 - Open question

De buurman heeft de bloemen water gegeven.

Wat is het lijdend voorwerp?
A
De buurman
B
de bloemen
C
water
D
de bloemen water

Slide 10 - Quiz

Aan de slag!
Maak opdracht 12 en 13 vanaf bladzijde 16

Klaar? 
Oefenen op www.gespeld.nl
Maak opdracht 34 van bladzijde 32 
Werken aan project werkwoordspelling

Slide 11 - Slide