the emperor's new clothes

the emperor's new clothes
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slide and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

the emperor's new clothes

Slide 1 - Slide

13

Slide 2 - Video

00:08
Er was eens een...
A
koning
B
keizer
C
heerser
D
leider

Slide 3 - Quiz

00:32
De keizer is heel ijdel
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz

01:08
De keizer vindt zichzelf heel slim
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

01:18
Deze man is 'tailor'.
tailor betekent:
A
schoenmaker
B
naaister
C
kleermaker
D
ontwerper

Slide 6 - Quiz

01:23
The tailor is a dishonest man.

wat betekent dishonest?
A
liegbeest
B
oneerlijk
C
waarzegger
D
helderziende

Slide 7 - Quiz

02:38
He pretended
betekent:
A
hij hield omhoog
B
hij pakte uit
C
hij deed alsof
D
hij liet zien

Slide 8 - Quiz

02:55
alleen intelligente mensen kunnen het zien, zegt de tailor
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

03:25
"he was confused"
betekent:
A
hij was in de war
B
hij was blij
C
hij was verdrietig
D
hij was opgewekt

Slide 10 - Quiz

04:05
De keizer weet niet zeker of het zijn smaak is en gaat de mening van anderen vragen.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

05:13
Het was de kleermaker gelukt, hij ging met koffers vol goud naar huis.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

06:36
Kon de keizer de kleren écht zien? Of zag hij wat hij graag wílde zien?
A
hij zag ze echt
B
hij zag wat hij wilde zien

Slide 13 - Quiz

07:05
"the crowd fell silent"

betekent:
A
de menigte ging juichen
B
de menigte viel stil

Slide 14 - Quiz

07:45
"he knew he had been fooled"
A
hij wist dat hij voor gek stond
B
hij wist dat hij voor de gek was gehouden

Slide 15 - Quiz