21-10-13 Kinetiek vervolg

• BSP apothekersassistenten
• MBO
• Studiejaar 1

Afspraken les BSP:

-  Gelukkig je bent op tijd!

- Je zorgt dat je de benodigde lesmaterialen bij je hebt           laptop, (licenties van) boeken, etc.

- Je hebt de (huiswerk)opdrachten gemaakt hebt. 

- Je telefoon staat op stil en zit in de tas.

- Je tas staat op de grond. 

- Je hebt geen oortjes/koptelefoons

 

Programma van deze les

- Vragen van jullie

- Uitleg over kinetiek ⇒ metabolisme en excretie

- Bespreken van de vragen 1-5 

- Theorie samenvatten en daarna de opdracht 'kinetiek' vr. 6-10 vervolgen. 

Lesdoelen van vandaag:

-  Je kunt de rol van de lever bij de opname, omzetting en uitscheiding van gnm benoemen.

- Je kunt het begrip entero hepatische kringloop beschrijven.

- Je kunt het gemiddelde van de concentratie in het bloed aanwijzen in de tabel.

- Je kunt het therapeutisch venster aanwijzen in een tabel. 

- Je kunt uitleggen wat er bedoeld wordt met steady state van een gnm.

 

 

Heb jij een mindmap of een samenvatting gemaakt?

Wat is jouw ervaring met eerst de theorie bestuderen en vervolgens het maken van de vragen?

Welke vragen heb jij naar aanleiding van de bestudeerde theorie?

Absorptie speelt een grote rol bij verschillende systemisch toedieningsvormen. Bij welk van onderstaande toedieningswegen is dit juist niet van toepassing?

1. Oraal
2. Parenteraal
3. Rectaal
4. Transdermaal

Bloedspiegelcurve 

Metabolisme

In lever worden alle lichaamsvreemde stoffen omgezet.

Eindproduct = metaboliet ⇒ beter uit te scheiden

Metaboliet kan ook werking hebben 

= prodrug

Bloedspiegelcurve 

Bloedspiegelcurve 

Excretie = elimineren

- Nieren: wateroplosbare afvalstoffen uitgescheiden

- Lever: via de gal naar de darmen

- Maag-darmkanaal: alles wat in de darmen niet is opgenomen gaat er met       de ontlasting weer uit

- Longen: gasvormige stoffen

- Lichaamsvocht: zweet , tranen, moedermelk

Absorptie, verdeling en eliminatie. 

vr. 2 Geef aan welke systemische toedieningsvorm het snelst werkt en welke het langzaamst?

vr. 3 Geef aan welke orale toedieningsvorm het snelst werkt en welke het langzaamst?

vr. 5 Leg uit wat het first pass effect is?

First  pass effect

FarmacoKINETIEK = wat doet het lichaam met het geneesmiddel

FarmacoDYNAMIEK = wat doet het geneesmiddel met het lichaam

     

Zie je met vertrouwen de toets tegemoet?

😒🙁😐🙂😃