AFP 1.2.5

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Anatomie, Fysiologie en Pathologie 

Les 5

Leerjaar 1

Periode 2

Lesindeling

1. Welkom + Rapid (5 min.)
2. Vorige les (5 min.)
3. Aanvullende theorie (20 min.)
4. Memory (40 min.)
5. Herhaling (15 min.)
6. Afsluiten en huiswerk (5 min.)

Om 14.00 is er 15 min. pauze.

Les 2 begint om 14.15

Vorige les

• Wat betekent het Latijnse woord guttae?
  
• Wat bedoelen we met kruisovergevoeligheid?
• Waar moeten bijwerkingen gemeld worden?
• Wat is het verschil tussen een relatieve en een absolute contra-indicatie?
• Waarom zijn kinderen gevoeliger dan volwassenen bij cutane medicijnen?

Lesdoelen

Aan het eind van de les kun/ken jij:

• De verschillende therapievormen (geneesmiddelen) en kan jij hiervan voorbeelden geven.
  
• De begrippen die te maken hebben met de algemene geneesmiddelenkennis.
  

• Het verschil benoemen tussen toedieningswegen- en vormen en kan jij hiervan voorbeelden geven.
  

Geneesmiddelen

Toedieningswegen en toedieningsvormen

• Oraal: Tabletten, dragees, capsules, sublinguaal, drankjes, druppels
• Rectaal: Zetpil (suppositorium), klysma
• Cutaan: Crèmes, zalven, pleisters, gels
• Slijmvliezen: Spoeling, druppels sprays, crèmes, tabletten
• Longen: Spray, druppels, inhalatiespray (aerosolen), poederinhalator, inhalatievloeistof
• Parenteraal: Intraveneus, intramusculair, subcutaan, pleister

Voor- en nadelen?

Wat gebeurt er dan?

Farmacokinetiek: Datgene wat er in het lichaam met een geneesmiddel gebeurt.

• Absorptie: Opname van werkzame stof in bloedbaan
• Distributie: Verdeling van werkzame stof door lichaam
• Eliminatie: Uitscheiding van werkzame stof via urine (nieren) en ontlasting (lever en darmen)

Dosering

Dosering: Hoeveelheid medicijn die iemand moet innemen

Krijgt iedereen dezelfde dosering?

• Kinderen vs. volwassenen
• Volwassenen vs. ouderen

Wat zou verder een verschil maken?

Opschrijven polyfarmacie

het chronische gebruik van 5 of meer verschillende geneesmiddelen

Medicatieveiligheid

Medicatieveiligheid: Alle activiteiten gericht op juiste voorschrijving, aflevering en gebruik van medicijnen

• Eerste uitgifte: Uitleg over middel en gebruik hiervan
• Toediening: Controleer de juiste zorgvrager/medicijn/dosering/tijd/hoeveelheid/toediening

Memory

1. Zoek om de beurt 2 kaartjes waarvan jij vindt dat deze bij elkaar horen
2. Waarom vind jij dit?
3. Klopt dit?
4. Wie heeft aan het eind de meeste kaartjes?

Herhaling

Huiswerk

Werken aan Expert College

• Anatomie en Fysiologie: Circulatie (moet af zijn!)
• Pathologie: Vaatverkalking (minimaal 50%)

Leren hoofdstuk 1 en 2 + opdrachten + aantekeningen

Boek 'Geneesmiddelenkennis voor Doktersassistenten' mee!

Ik maak een printscreen van Expert College -> vrijdag moet deze veranderd zijn!