6.2.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen

Welkom
Dit leg ik op tafel:

Laptop --> dicht
Etui       --> pen/potlood en rekenmachine. 
Map      --> open

Gelukt = stil zijn en wachten :) 
1 / 32
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
Dit leg ik op tafel:

Laptop --> dicht
Etui       --> pen/potlood en rekenmachine. 
Map      --> open

Gelukt = stil zijn en wachten :) 

Slide 1 - Slide

Vorige les

Slide 2 - Slide

Planning
Uitleg 10 min
Oefenen in Lesson Up 15 min
Werken 15 min 
Les afronden 5 min

(volgende les geen uitleg) 

Slide 3 - Slide

Leerdoel trede 6 
week 2

Je vermenigvuldigt en deelt met negatieve (decimale) getallen. Je gebruikt de voorrangsregels bij het rekenen met negatieve getallen.



 

Slide 4 - Slide

Wat gaan wij leren vandaag?




  1. Je vermenigvuldigt twee negatieve getallen of een positief en een negatief getal met elkaar.
  2. Je vermenigvuldigt decimale getallen (beide negatief of de één positief en de ander negatief) met elkaar.
  3. Je deelt twee negatieve getallen of een positief en een negatief getal door elkaar.
  4. Je deelt door een negatief decimaal getal.


Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Vrijduiken
  • watersport om zo diep mogelijk te duiken zonder duikuitrusting
  • huidige record ligt op -214 meter

Slide 7 - Slide

Opdracht 1
Los op in groepjes 

2 minuten 

Zachtjes overleggen

Slide 8 - Slide

Instructie
  • Angela Bandini  kwam - 107 meter
  • Herbert Nitsch dook 2x zo diep.  dus dat is......
  • welke som hoort daarbij? 

Slide 9 - Slide

-214
-107 - 107 = -214 
of 
-107 x 2 = -214

Slide 10 - Slide

Regels bij vermenigvuldigen
  • positief x positief =  postief 
  • positief x negatief = negatief
  • negatief x positief = negatief
  • negatief x negatief = positief 

Slide 11 - Slide

Neem over en maak

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Regels bij delen
  • negatief : positief = negatief 
  • positief : negatief = negatief 
  • positief : positief = positief 
  • negatief : negatief = positief

Dus dezelfde regels als vermenigvuldigen!

Slide 14 - Slide

-4 - -4 =
A
-0
B
-8
C
8
D
0

Slide 15 - Quiz

8 - -2 =
A
6
B
-6
C
10
D
-10

Slide 16 - Quiz

Positief + positief =
A
positief
B
negatief

Slide 17 - Quiz

-2 x 7 =
A
-14
B
14
C
-5
D
5

Slide 18 - Quiz

2 : -2 =
A
2
B
-2
C
-1
D
1

Slide 19 - Quiz

-4 x -4 =
A
-16
B
16
C
0
D
-8

Slide 20 - Quiz

-35: -5 =
A
7
B
-7

Slide 21 - Quiz

240 : -4 =
A
60
B
-60

Slide 22 - Quiz

-240 : -4 =
A
60
B
-60

Slide 23 - Quiz

-240 : 4 =
A
60
B
-60

Slide 24 - Quiz

Negatief x negatief wordt..?
A
Negatief
B
Positief

Slide 25 - Quiz

Het is -3 graden. Het wordt 5 graden warmer. Hoe warm is het?

Slide 26 - Open question

Reken uit:
-5 x 4 =

Slide 27 - Open question

Reken uit:
5 x -6 =

Slide 28 - Open question

We gaan aan de slag!
Doelen deze week:

Les 1: 6.2.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen
Les 2: 6.2.2 Negatieve getallen delen
Les 3: 6.2.3 Negatieve getallen en voorrangsregels



Slide 29 - Slide

Kunnen wij het nu?
  1. Je vermenigvuldigt twee negatieve getallen of een positief en een negatief getal met elkaar.
  2. Je vermenigvuldigt decimale getallen (beide negatief of de één positief en de ander negatief) met elkaar.
  3. Je deelt twee negatieve getallen of een positief en een negatief getal door elkaar.
  4. Je deelt door een negatief decimaal getal.

Slide 30 - Slide

Delen

a. 3 : -6 =
b. -12 : -4 =
c. 0 : 4 = 
Vermenigvuldigen 

h. 15 x −20=
i. −4 x −9=
j. −13 x 11=

Slide 31 - Slide

Lesdoel:
Ik kan het helemaal niet
Deels
Goed
Ik kan keersommen met negatieve en positieve getallen uitrekenen

Slide 32 - Drag question