H11 leerdoel 4 HV1

Ik kan rekenen met verschillende inhoudsmaten
1 / 22
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ik kan rekenen met verschillende inhoudsmaten

Slide 1 - Slide

Uitleg werkwijze wiskunde                                  (leren op afstand)
Hoe gaan we te werk?

  • Volg de LessonUp op volgorde van de slides. 
  • Maak eventueel aantekening voor jezelf in je schrift.
  • Maak de opgaven in je schrift (dit kan dus even zonder iPad).
  • Wil je een hint, zonder het antwoord te krijgen/zien. Type het antwoord dan in de online editie (leermiddelen, 12e editie).
  • Bij vragen kun je met klasgenoten appen, bellen of via teams.
  • Kom je er echt niet uit of ben je klaar met de les. 
  • Kijk je werk na en verbeter je fouten, dit kan via de uitwerkingen in magister (leermiddelen, 12e editie, uitwerkingen).
  • Noteer voor jezelf de vragen die je nog wilt stellen voor de volgende les of stel ze in de chat van teams aan mij.

Slide 2 - Slide

Ik kan rekenen met verschillende inhoudsmaten
Succescriteria
Ik weet wat de inhoud is.
Ik ken de inhoudsmaten 
Ik kan rekenen met inhoudsmaten.
Ik weet wat een balk is.
Ik kan de inhoud van een balk berekenen.









Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Deze volgorde is bij de grootheden: lengte, oppervlakte en inhoud gelijk, alleen zijn de stappen groter: 
lengtematen (stappen van 10) - oppervlaktematen ²  (stappen van 100) - inhoudsmaten ³ (stappen van 1000) 
dm³ = l
cm³ = ml

Slide 5 - Slide

Eenheden van inhoud

Slide 6 - Slide


Hoeveel m³ is 500 dm³?
A
50
B
5
C
0,5
D
0,05

Slide 7 - Quiz


Hoeveel dL is 48 dm³?
A
4 800
B
480
C
48
D
4,8

Slide 8 - Quiz


Hoeveel m³ is 20 000 cc?
A
2
B
0,2
C
0,02
D
0,002

Slide 9 - Quiz

Oppervlakte of inhoud berekenen van een figuur

Stappenplan 

Stap 1    Maak zichtbaar wat je weet.
Stap 2   Zorg dat alle afmetingen dezelfde lengtemaat hebben.
Stap 3   Bereken de oppervlakte/ inhoud.
Stap 4   Geef antwoord op de vraag.
Stap 5   Controleer je antwoord. (Is het logisch? Eenheden?)

Slide 10 - Slide

Inhoudsmaten
Pak eens een maatbeker 
erbij. 

Bekijk deze eens goed.

Slide 11 - Slide


Hoeveel liter is 400 mL?
A
40
B
4
C
0,4
D
0,04

Slide 12 - Quiz


Hoeveel liter is 50 cL?
A
500
B
50
C
5
D
0,5

Slide 13 - Quiz


Hoeveel cL is 0,5 dL?
A
500
B
50
C
5
D
0,5

Slide 14 - Quiz

Noteer voordat je verder gaat 
de inhoudseenheden in je schrift. 
(11 stuks)

Slide 15 - Slide

Aan de slag
Heb je aantekeningen genoteerd in je schrift?

Maak opgaven: 



Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 
Wie kan je om hulp vragen als je het niet begrijpt?
Let ook op je notatie!

Lever in je nagekeken uitwerkingen in via de volgende slides.
ondersteunend: 33, O35, 36, O36, 37
doorlopend: 31, 33, 34, 35, 36 ,37,  
uitdagend: 32, 35, 36, 37, U7

Slide 16 - Slide


Check!
Upload een foto van je uitwerkingen van opgave 38 hieronder.
Let op je notatie! 

Slide 17 - Open question


Schrift controle
Upload een foto van je uitwerkingen van de rest van leerdoel 3. 
Maak een foto per blz. (indien mogelijk), met een maximum van 5 foto's.

Slide 18 - Open question

Afsluiting 
Ik ben benieuwd hoe deze les ging. 
Beantwoord daarom de volgende slides.

Slide 19 - Slide


Leerdoel
Ik kan rekenen met verschillende inhoudsmaten.
A
onvoldoende
B
voldoende
C
goed
D
uitmuntend

Slide 20 - Quiz


Afsluiting
Heb je nog een vraag over deze les?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide