LES 8 ? Medicatie en valrisico

Medicatieveiligheid en uitdroging

1 / 33
next
Slide 1: Slide
anatomieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Medicatieveiligheid en uitdroging

Slide 1 - Slide

Toetsopdrachten 1,2,3


* Opdracht 1 vòòr 31-3 ingeleverd zijn             (Leermodule wet zorg en dwang)

* Opdracht 2+3 Vòòr 9-4-2025 ingeleverd zijn              ZIL medicatie

* Voor 26-3-2025 CGI opdracht (staat klaar)

Slide 2 - Slide

Vorige week


  • benoemen waar je op let  in de praktijk als je met medicatie bezig bent

Slide 3 - Slide

Toetsopdracht 
https://www.veiligheid.nl/kennisaanbod/e-learning/e-learning-opsporen-van-valrisico-bij-ouderen

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
Je kunt:


Slide 5 - Slide

Folder
https://www.veiligheid.nl/kennisaanbod/folder/folder-medicatie-en-vallen

Slide 6 - Slide

Opdracht

https://www.zorgvoorbeter.nl/thema-s/medicatieveiligheid/scholing/test-je-kennis-over-medicatieveiligheid
timer
5:00

Slide 7 - Slide

Wie mag wijzigingen in baxterzakjes uitvoeren?
A
De familie
B
De apotheek
C
De verzorgende
D
De klant zelf

Slide 8 - Quiz

Wie moet alert zijn op signalen van problemen met medicatie?
A
De arts
B
De verzorgende
C
De helpende
D
Alle zorgverleners

Slide 9 - Quiz

Welke zorgverlener mag medicatie stoppen
A
De zorgvrager zelf
B
De familie
C
De verpleegkundige
D
De arts

Slide 10 - Quiz

Wie levert een actuele medicatie toedieningslijst
A
De arts
B
De apotheek
C
De verpleegkundige
D
De helpende

Slide 11 - Quiz

Wie geeft aanwijzingen over het bewaren van medicatie
A
De arts
B
De verpleegkundige
C
De apotheek
D
Mag je zelf bepalen

Slide 12 - Quiz

Hoe noem je het als twee medicijnen elkaar beïnvloeden?
A
complicatie
B
interactie
C
allergie
D
capsule

Slide 13 - Quiz

Medicatie die onder de tong wordt aangebracht, noemen we..
A
transdermaal
B
sublinguaal
C
dermaal of cutaan
D
oraal of per os

Slide 14 - Quiz

Wie evalueert de werking van de medicatie met de zorgvrager?
A
De apotheek
B
De arts
C
De verpleegkundige
D
De verzorgende

Slide 15 - Quiz


Een waarschuwing dat dit medicijn  invloed heeft op o.a. je concentratie.

Dit staat vaak op een antibioticakuur

Maagsapresistente tabletten, tabletten met gereguleerde afgifte en tabletten met een vieze smaak hebben iets gemeen, wat?

Een aerosol in een geneesmiddel dat je altijd moet ... voor gebruik.

Geneesmiddelen kunnen blijven hangen in de slokdarm, welke waarschuwingssticker hoort er bij?

Slide 16 - Drag question

Wat check je bij het geven van medicatie?

Slide 17 - Open question

Wat is een contra-indicatie?
A
een reden om een medicijn te geven
B
een reden om het medicijn NIET te geven
C
verslaving
D
giftige hoeveelheid

Slide 18 - Quiz

Wat zijn bijwerkingen van medicijnen?
A
ophoping van medicijnen in het lichaam
B
de invloed van de medicijnen op elkaars werking
C
steeds meer nodig voor dezelfde werking
D
een ongewenste reactie bij een normaal gebruik

Slide 19 - Quiz

De reden waarom iemand een medicijn voorgeschreven krijgt noemen we een:
A
contra-indicatie
B
indicatie

Slide 20 - Quiz

Medicatie die oraal of rectaal wordt ingenomen noemen we een ....... toediening
A
Enterale
B
Parenterale

Slide 21 - Quiz

Oraal betekent..
A
medicijnen via de anus
B
medicijnen via de huid
C
medicijnen via een injectie
D
medicijnen via de mond

Slide 22 - Quiz

Leerdoelen behaald?
Je kunt:


Slide 23 - Slide

Huiswerk  9-4-2025


CGI praktijkopdracht





Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Toetsing deze periode 
https://www.veiligheid.nl/kennisaanbod/e-learning/e-learning-opsporen-van-valrisico-bij-ouderen

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Medicatietermen
  • Groepsnaam
  • Stofnaam/generieke naam
  • Merknaam/handelsnaam

Slide 28 - Slide

 Farmacokinetiek: Wat doet het medicijn met het lichaam?
  • opname: snelheid en mate waarin medicijn wordt opgenomen (absorptie) en toedieningswegen.
  • verdeling: via maagdarmstelsel en bloedbaan verdeeld, verplaatsen naar weefsels buiten bloedbaan.
  • omzetten: in lever waarna uitscheiding kan plaatsvinden.
  • uitscheiding: voornamelijk via nieren en lever.



Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Link