36. a. 0 °C
b. -39 °C
c. -10 °C
d. -114 °C
37. a. De vaste fase
b. De vloeibare fase
c. Alcohol is van zichzelf
doorzichtig, anders zie je
alcohol niet in het buisje.
38. Er zit antivries in het
koelwater, daarom bevriest
het bij een lagere
temperatuur dan 0 °C.
39. a. C
b. Het smeltpunt van ijs
wordt dan lager, daardoor
smelt het ijs.