Geleidbaarheid geeft aan hoe makkelijk elektronen door iets kunnen bewegen.
Je zegt:
Dit apparaat heeft een geleidbaarheid van 20 siemens.
Je schrijft:
G = 20 S
Slide 4 - Slide
Weerstand
Weerstand geeft aan hoe moeilijk elektronen door iets kunnen bewegen.
Je zegt:
Dit apparaat heeft een weerstand van 6 ohm.
Je schrijft:
R = 6
Ω
Slide 5 - Slide
26a
Een dunne draad heeft een grotere weerstand dan een dikke draad.
26b
De elektronen kunnen heel makkelijk door de dikke draad. Door de dunnen draad gaan is moeilijker, kost energie. Deze energie wordt licht en warmte.
26c
Verlengsnoeren zijn zo gemaakt dan ze makkelijk stroom geleiden. Het kleine beetje energie wat de elektronen verliezen door het bewegen door het verlengsnoer heeft geen merkbaar effect op de lamp.
Slide 6 - Slide
Begrippen 3.2
Geleidbaarheid
Dit geeft aan hoe goed een voorwerp of draad elektrische stroom geleidt.
(I,U)-diagram
Een diagram waarin de stroomsterkte bij verschillende spanningen staat.
Recht evenredig verband
Bij zo'n verband geldt dat als de ene waarde twee keer zo groot wordt, de andere waarde ook twee keer zo groot wordt.
Weerstand
Dit geeft aan hoe slecht een voorwerp of draad elektrische stroom geleidt.