10.1 Krachten BB

• Nask / Techniek
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

10.1 en 10.2 Krachten BB

10.1 Leerdoelen:

- je weet wat uitwerkingen van krachten zijn

-je kunt soorten krachten herkennen

- je kan de werking en toepassing van krachten beschrijven

- je kan 3 onderdelen van een krachtpijl benoemen

-je kan de grootte van een kracht berekenen

- je kan een kracht tekenen met behulp van een formule

De uitwerking van krachten

Krachten zorgen voor:

- een verandering in snelheid

- een verandering in richting

-een verandering in vorm

Soorten krachten

Spierkracht: 

fietsen of gewichtheffen 

Zwaartekracht

de aarde trekt aan alle dieren, mensen en voorwerpen

9,8 Newton per kg

Spankracht

- strakgespannen touw, kabel of ketting

- tillen, trekken, takelen of spullen op hun plaats houden

Wrijvingskracht

- 2 oppervlakken die over elkaar schuiven

- handig bij schaatsen

- niet handig bij het verschuiven van de bank

Magnetische kracht

- ijzer, nikkel en staal

- magneet heeft een noordpool en een zuidpool

- kompas of elektromotor

Elektrische kracht

- een ballon over je haar wrijven

Krachten tekenen

Krachten tekenen we met een pijl (vector)

Er zijn drie aandachtspunten:

- aangrijpingspunt, dit is waar de kracht begint

- de richting van de kracht

- de grootte van de krachtpijl

Een vector tekenen we met behulp van een krachtenschaal.

1 cm = 10 N

Een krachtenschaal is de verhouding tussen de lengte van de pijl en de kracht

N = Newton = de eenheid van kracht

F = symbool van kracht (force

10.2 Krachten meten

- je kan apparaten benoemen om krachten te meten

- je kan een krachtmeter aflezen

je kan een berekening maken met massa en zwaartekracht

Kracht meten

Krachtmeter of veerunster

dunne veer = kleine kracht

dikke veer = grote kracht

Let op! schaalverdeling gaat van boven naar beneden

Let op! Wat is de grootste kracht en wat is dan de verdeling? 

Krachtsensor

digitale krachtmeter

Kan ook een weegschaal zijn, deze zet zwaartekracht om in massa (gewicht)

Zwaartekracht

Fz = zwaartekracht

zwaartekracht = massa x 10

Massa = zwaartekracht : 10

Hierbij is de massa in kg (= 1000 gram)