bouwsteen ; urinewegen/vochtbalans/uitscheiding/incontinentie

bouwsteen ; urinewegen/vochtbalans/uitscheiding/incontinentie
1 / 53
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

bouwsteen ; urinewegen/vochtbalans/uitscheiding/incontinentie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

uitscheiding

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Welkom!
Wat gaan we doen?
Bespreken van de theorie rondom uitscheiding


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
De student kan, na het afronden van de integrale opdracht,
uitleggen wat urineretentie inhoudt.
uitleggen hoe je de zorgvrager met urineretentie kunt ondersteunen.
samenvatten wat urine-incontinentie bij een zorgvrager inhoudt.
samenvatten wat de aandachtspunten zijn bij de zorg omtrent urine-incontinentie.
benoemen welke urineopvangsystemen bij een zorgvrager mogelijk zijn.
samenvatten wat de aandachtspunten zijn tijdens zorg voor urineopvangsystemen, een blaaskatheter en een suprapubische katheter.
uitleggen waaraan je afwijkingen in de urineproductie herkent.
uitleggen waaraan je afwijkingen in de van feces herkent.
uitleggen hoe je een zorgvrager kunt ondersteunen bij het defeceren en als hij defecatieproblemen heeft.
uitleggen wat incontinentie van ontlasting bij een zorgvrager inhoudt.
samenvatten wat de aandachtspunten zijn bij de zorg voor een zorgvrager die diarree heeft.
samenvatten wat de aandachtspunten zijn bij de zorg voor een zorgvrager die obstipatie heeft.
benoemen wat de mogelijkheden zijn om obstipatie bij een zorgvrager te voorkomen en te verhelpen.
uitleggen waaraan je afwijkingen in de lichaamstemperatuur van een zorgvrager herkent.
uitleggen hoe je herkent op welke manieren een zorgvrager zijn warmte kwijt kan raken.
samenvatten wat de aandachtspunten zijn bij de zorg voor een zorgvrager die hevig transpireert.
samenvatten wat de aandachtspunten zijn bij de zorg voor een zorgvrager die menstrueert.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

waar denk je aan bij uitscheiding?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Anatomie
Uitscheiding gebeurt dmv:
Nieren
Blaas
Darmen
Huid

Slide 6 - Slide

Belangrijke afvalstoffen
In elke cel in ons lichaam vinden veel chemische reacties plaats, zoals verbranding. Daarbij ontstaan afvalstoffen die het lichaam uit moeten. Koolstofdioxide is een afvalstof. Een tweede belangrijke afvalstof is ureum, die ontstaat bij de afbraak van eiwitten. Er zijn ook nog andere afvalstoffen en giftige stoffen die het lichaam kwijt moet. Het verwijderen van schadelijke of overbodige stoffen uit het lichaam noem je uitscheiding.
De cellen geven hun afvalstoffen af aan het bloed. Het bloed raakt daardoor vervuild. Gelukkig zijn er organen die het bloed voortdurend reinigen.
De longen verwijderen koolstofdioxide uit het lichaam. Hierover lees je meer bij "Ademhaling".
Ook alcohol wordt gedeeltelijk via de longen verwijderd.
De lever haalt allerlei schadelijke en giftige stoffen uit het bloed en maakt ze onwerkzaam. Daarna worden ze weer aan het bloed afgegeven en door de nieren uitgescheiden.
Een deel van de afvalstoffen van de lever komen niet in het bloed, maar verlaat de lever via de gal. Deze stoffen komen dus met de uitwerpselen naar buiten.
De zweetklieren in de huid geven water en zouten af aan de omgeving.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

De juiste volgorde van het urinewegstelsel is...
A
Nieren - Blaas - Urineleider
B
Nieren - Urineleider - Blaas
C
Urineleider - Nieren - Blaas
D
Urineleider - Blaas - Nieren

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Observaties urine
Kleur
Geur
Helderheid
Hoe urineert iemand? 
Pijn? Frequentie? Hoeveelheid?

Voeding, medicatie en ziektes kunnen kleur 
beïnvloeden

Slide 9 - Slide






de frequentie noem je mictie  5-8 maal per dag
nycturie( snachts meer plassen dan overdag )
troebele urine: bacterie, eiwit of pus, (duur)
ammoniaklucht wanneer urine lang genoeg blijft staan
aceton/zoete appeltjes
Hoe kun je de kleur van je urine zelf beïnvloeden?
A
Eten van bepaalde voedingsmiddelen
B
Door veel of weinig te drinken
C
Door inname van medicatie
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel milliliter plast een volwassen persoon gemiddeld per dag?
A
500 ml
B
1000 ml
C
1500 ml
D
3000 ml

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

midstream urine is?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

zoek een foto van een urinaal

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Zoek een foto van een postoel

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Zoek een foto van een ondersteek

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Zoek een foto van een schuitje (een hulpmiddel voor vrouwen om op bed te plassen)

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Aandachtspunten 
Voldoende drinken
Gezonde en gevarieerde voeding
Medicatie gebruik
Hygiëne
Observeren/rapporteren
Begeleiding

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Meest voorkomende aandoeningen

Urineweginfecties
Nierstenen
Tumoren

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Verschijnselen urineweginfectie
  • steeds aandrang  om te moeten plassen
  • branderig gevoel bij plassen
  • steeds kleine beetjes plassen
  • pijnlijk gevoel in de onderbuik
  • troebele urine
  • soms verwardheid
  • verhoging of koorts

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Noem vanuit het fragment:
wie regelt de aanvraag voor urinezakken
welke urinezakken zijn er voor aan te sluiten op een verblijfskatheter
welke risico's zijn er wanneer je te vaak een urinezak verwisseld?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Aandachtspunten
Voldoende drinken
Gezonde en gevarieerde voeding
Medicatie gebruik
Hygiëne
Bewegen
Observeren/rapporteren
Begeleiding

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Kan jij benoemen wat jij kan betekenen als verpleegkundige , bij een client die problemen heeft met plassen?

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

incontinentie is?

Slide 26 - Mind map

This item has no instructions

Incontinentie
Continent-> het kunnen ophouden van urine / ontlasting
Incontinentie-> het NIET (MEER) op kunnen houden van urine / ontlasting

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Incontinentie
Heel vervelend voor de cliënt
Schaamte ongemak
Houdt hier rekening mee

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

 Incontinentie
  • Incontinentie betekent onvrijwillig verlies van urine
  • Incontinentie is geen ziekte maar een gevolg van een lichamelijke of psychische aandoening
  • De cliënt raakt ongewild op het verkeerde moment en op de verkeerde plaats urine/ontlasting kwijt
  • Incontinentie komt op alle leeftijden voor zowel bij mannen als bij vrouwen

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Mogelijke oorzaken incontinentie
Operatie
Verzwakte bekkenbodemspieren
Niet (meer) voelen van de prikkel
Niet (meer) begrijpen 

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Soorten incontinentie
Stressincontinentie
Urge-incontinentie
Gemengde incontinentie
Reflexincontinentie
Overloopincontinentie 
Functionele incontinentie

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Stressincontinentie 
Bekkenbodemfysiotherapie
Hulpmiddelen (bv pessarium)
Een operatieve ingreep
Urge-incontinentie
Blaastraining
Medicijnen (parasympathicolytica)
Een operatieve ingreep (afh van de oorzaak bv een TURP)
Gemengde incontinentie
Behandeling van zowel stress- als urge-incontinentie, waarbij de incontinentie waar de zv het meeste last van heeft als eerste wordt behandeld

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Reflexincontinentie
De behandeling is afh van de klachten en de ernst van de zenuwbeschadiging. Evt vindt katheterisatie plaats als de blaas niet uit zichzelf leegt
Overloopincontinentie
Versterken van de bekkenbodemspieren
Evt katheterisatie als de blaas te vol dreigt te worden
Operatieve ingreep (bv vanwege BPH of verzakking)
Functionele incontinentie
Het aanpakken van de onderliggende oorzaak (bv beperking in mobiliteit)

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Welke soorten incontinentie ken je?

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

praktische hulpmiddelen

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Incontinentiemateraal
Geen luiers
Regelmatig verschonen
Incontinentiemateriaal gebruiken dat is geadviseerd
Wel naar toilet laten gaan

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Waar denk je aan bij praktische hulpmiddelen?
Er zijn 4 categorieën incontinentiematerialen te onderscheiden:
Absorberende materialen die urine en/of ontlasting opnemen en vasthouden.
Afvoerende materialen die helpen om urine en/of ontlasting af te voeren en op te vangen.
Afsluitende materialen die voorkomen dat iemand ongewild urine en/of ontlasting verliest.
Aanvullende materialen om het effect van incontinentiehulpmiddelen te versterken of ongewenste bijwerking te verminderen.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Als een client incontinent is hoef je haar/hem niet meer op toilet te helpen?
eens
oneens
geen mening

Slide 38 - Poll

This item has no instructions

Bij incontinentie is een katheter de beste oplossing?
ja
nee
weet ik niet

Slide 39 - Poll

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

ontlasting bestaat uit:
75% water
darmslijmvlies(afgeschilferd)
zouten en slijm
bacteriën
10 % afvalproducten van voeding
galkleurstof

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

2

Slide 42 - Video

This item has no instructions

01:01
waar wijst ontkleurde of witgele ontlasting op?

Slide 43 - Open question

This item has no instructions

01:38
wat is de normale consistentie van poep?

Slide 44 - Open question

This item has no instructions

Observaties ontlasting
kleur
geur
vorm
frequentie/hoeveelheid
vreemde componenten, zoals
onverteerd voedsel, parasieten,
slijm/pus


Slide 45 - Slide

This item has no instructions

klachten die kinderen aangeven wanneer ze last hebben van aarsmaden zijn:

Slide 46 - Open question

This item has no instructions

hoe kunnen aarsmaden bestreden worden?

Slide 47 - Open question

This item has no instructions

welke verpleegkundige interventies bij diarree?

Slide 48 - Open question

This item has no instructions

Meest voorkomende aandoeningen
Obstipatie
Diarree
Aambeien
Tumoren                     primaire preventie: bevolkingsonderzoek                                                darmkanker bij 55 jaar en ouder

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

de laxerende middelen
irritantia
weekmakers
glijmiddel
buikvormers
rectale laxantia

Slide 50 - Slide

This item has no instructions

Slide 51 - Mind map

This item has no instructions

Slide 52 - Video

This item has no instructions

Jouw rol!!
Begeleiding
Motivatie
Adviseren
Observeren/rapporteren

Toon begrip en blijf respectvol

Slide 53 - Slide

This item has no instructions