SVO N2 Thema Rundvlees # basis 07122021

Thema Rundvlees
WPO vlees bewerken en herkennen
WPO vlees: kwaliteit en veiligheid
E-book 35 Rundvlees
Examinering: theorie-examen 3215, herkenningstafel rundvlees, praktijk bewerken tijdens PVB.
1 / 55
next
Slide 1: Slide
FoodMBOStudiejaar 1

This lesson contains 55 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Thema Rundvlees
WPO vlees bewerken en herkennen
WPO vlees: kwaliteit en veiligheid
E-book 35 Rundvlees
Examinering: theorie-examen 3215, herkenningstafel rundvlees, praktijk bewerken tijdens PVB.

Slide 1 - Slide

Thema Rundvlees
1. Assortiment
2. Portioneren
Proces van vleesbewerken




Slide 2 - Slide

Thema Rundvlees
Deze les gaat over hoofdstuk 1 en 2  van e-book rundvlees
Aan het einde van de les weet je meer over rundvleesproducten, de snijrichting en het bewerken van rundvlees.
  


Slide 3 - Slide

Thema rundvlees
We werken in de theorie in de volgorde van het e-book. Beginnend bij het product in de winkels tot aan het gehele dier aan het eind van het e-book. 

Slide 4 - Slide

Thema rundvlees
Hoofdstuk 1 het assortiment
Na varkensvlees en pluimvee is rundvlees het meest verkochte vlees in Nederland. Rundvlees is veelzijdig waardoor veel variatie mogelijk is. Er zijn vele soorten en kwaliteiten. Dit is mede afhankelijk van het feit of het vlees van vleeskoeien of melkkoeien afkomstig is. Rundvlees is relatief rijk aan vitamine B12 en ijzer

Slide 5 - Slide

Thema rundvlees: bestemmingen
Een bestemming is de benaming die we gebruiken voor de rundvleesproducten in de toonbank. 
Op de volgende slide vul je in welke rundvleesproducten je kent. Noem er 4. Let op: geen toebereide producten, maar pure vleesbenamingen. 

Slide 6 - Slide

Welke rundvleesproducten ken je?

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Slide

Bij het rund maken we onderscheid tussen:
De rundervoorvoet
Van de voorvoet van het rund wordt het meeste braad- en stoofvlees gesneden.
De runderachtervoet
Van de achtervoet worden de meest luxe vleessoorten gesneden, zoals rosbief en biefstuk. Dus vleessoorten om te braden/stoven en te bakken.

Slide 9 - Slide

Van het rund worden ook organen gegeten.
Op de volgende slide kun je invullen welke organen van een rund in Nederland gegeten worden.

Slide 10 - Slide

Welke organen van rund
kunnen worden gegeten?

Slide 11 - Mind map

Ook bij rundvlees kent men de groep vlug- en panklaar.
Vlug klaar producten (vk’s)
Zijn producten met een korte bereidingstijd (minder dan 10 minuten) die niet toebereid zijn. Dit betekent dat er geen zout, specerijen en dergelijke aan toegevoegd zijn.
Voorbeelden zijn:
• Baklapje
• Biefstuk
• Rundergehakt. 

Slide 12 - Slide

Panklaar producten (pk’s)
Deze producten zijn toebereid (gezouten, gekruid, eventueel gemarineerd) en hebben soms een langere bereidingstijd. Voorbeelden zijn:
• Runderrollade
• Verse worst
• Hamburgers
• Rundervinken.

Slide 13 - Slide

In hoofdlijnen kunnen de grondstoffen voor pk’s en vk’s bestaan uit:
• gemalen vlees van één slachtdier
• gemalen vlees van meerdere slachtdieren
• gemalen vlees in combinatie met vlees, zoals een dun lapje mager rundvlees, bijvoorbeeld een rundervink
• gemalen vlees  met andere voedingsmiddelen zoals kaas, groente en fruit, 
• lappen of stukken vlees die worden gekruid of gemarineerd 
• lappen, reepjes, blokjes of stukken vlees in combinatie met andere soorten voedings- middelen, bijvoorbeeld  (reepjes gekruid vlees met ui en paprika).

Slide 14 - Slide

Welke producten zijn vlugklaar?
A
biefstuk, rollade, baklap
B
baklap, biefstuk, tartaar
C
stooflap, biefstuk, baklap
D
riblap, entrecote, biefstuk

Slide 15 - Quiz

Welke producten zijn panklaar?
A
hamburger, biefstuk, rollade
B
hamburger, baklap, biefstuk
C
hamburger, duitse biefstuk, rundervink
D
hamburger, biefstuk, tartaar

Slide 16 - Quiz

Wat is de maximale bereidingstijd van vlugklaar artikelen?
A
max. 10 minuten
B
max. 12 minuten
C
max. 6 minuten
D
max. 3 minuten

Slide 17 - Quiz

Bereidingswijzen
Rundvlees heb je in vele soorten. De kwaliteit van het vlees is o.a. afhankelijk van het ras, geslacht, de leeftijd en leefomstandigheden. De kwaliteit van het vlees is bepalend voor de bereidingswijze. In het eerste deel van deze lesson-up kom je meer te weten over kwaliteit en bereidingswijzen.

Slide 18 - Slide

Welke bereidingswijzen ken je?

Slide 19 - Open question

Bereidingswijzen
Wanneer je nog niet veel weet over bereidingswijzen ga hierover dan eens in gesprek met jouw praktijkbegeleider of een collega die hier veel over weet en ervaring heeft. Op de volgende sheet vind je beknopte informatie over de meest gebruikte bereidingswijzen.

Slide 20 - Slide

Bereidingswijzen:
bakken

braden

stoven

smoren

koken

trekken

Kenmerken
koekenpan, geen vocht toevoegen

braadpan, weinig vocht, deksel schuin op de pan
braadpan, veel vocht, deksel op de pan

braadpan, veel boter, deksel op de pan

soeppan, vlees onder vocht, deksel op de pan, koken
soeppan, vlees in koud water, tegen de kook 

Slide 21 - Slide

film: biefstuk bakken
Je krijgt nu een filmpje te zien over het bakken van een biefstuk. Let goed op want tijdens het filmpje verschijnen een aantal vragen die je moet beantwoorden.

Slide 22 - Slide

5

Slide 23 - Video

00:10
Waarom gebruik je een vleestang?

Slide 24 - Open question

01:57
Hoe gaar is mijn biefstuk?
Hiernaast zie je verschillende soorten 'gaarheid' van biefstuk.
Handig om te weten wanneer je klanten advies moet geven.

Slide 25 - Slide

01:57
Wat is de juiste term die past bij licht doorbakken?
A
rare
B
medium-rare
C
medium
D
well done

Slide 26 - Quiz

01:57
Een klant wil zijn biefstuk 'medium' gebakken. Welk advies geef jij deze klant?

Slide 27 - Open question

01:57
Wat is de functie van het laten rusten van de biefstuk?
A
Je kunt dan even iets anders gaan doen.
B
peper en zout krijgen tijd om in te werken.
C
dan verdelen de sappen zich beter door het vlees.
D
dan brand je je tong niet.

Slide 28 - Quiz

Je weet nu iets over bereiden, later in de periode gaan we daar meer mee aan de slag. 

Rundvlees behoort  over het algemeen tot de magere vleessoorten. Verschillen in vetgehalte (van één dier) worden veroorzaakt door:
• het deel van het dier waar het vlees vandaan komt
• de dikte van de vetlaag
• de bewerking door de slager. 

Sleep in de volgende slide de producten naar het juiste vak: zeer mager rundvlees of mager rundvlees

Slide 29 - Slide

zeer mager rundvlees
mager rundvlees
poulet
baklapjes
braadstuk
runderlever
haasbiefstuk
rosbief
entrecote
braadrollade

Slide 30 - Drag question

Hoofdstuk 2 Portioneren van rundvlees
Portioneren betekent het snijden en/of hakken van lapjes en stukjes vlees.
Portioneren is het bewerken van vlees tot de zogenaamde vijfde snit.
Dit zijn de vleesproducten zoals de klant die koopt. 

Slide 31 - Slide

Hoofdstuk 2 Portioneren van rundvlees
Afhankelijk van het soort vleesdeel en de kwaliteit van het vleesdeel bepaal je de bestemming.
Om goed te portioneren, is de snijrichting ten opzichte van de vleesdraad belangrijk.
De volgende snijrichtingen zijn van belang:
1. lang van draad snijden
2. kort van draad snijden
3. schuin op de draad snijden.
 

Slide 32 - Slide

1. lang van draad snijden

Lang van draad snijden wil zeggen dat je het mes evenwijdig aan de vleesvezels plaatst, zodat je de vleesdraad niet afsnijdt. Dit noem je ook wel ‘met de draad mee’ snijden. Dit komt nauwelijks voor bij rundvlees. 

Slide 33 - Slide

2. kort van draad snijden (voorkeur bij rund !!)
Kort van draad snijden wil zeggen dat je het mes dwars op de vleesdraad/vleesvezels plaatst, zodat je de vleesdraad wél afsnijdt. Dit heet ook wel ‘op de draad’ snijden. 
 

Slide 34 - Slide

3. schuin op de draad snijden.
Schuin op de draad wil zeggen dat je het mes schuin op de vleesdraad plaatst zodat je de vleesdraad schuin afsnijdt. 
Dit doe je als 'op de draad snijden' te kleine lapjes oplevert. 

Slide 35 - Slide

De voorkeur gaat over het algemeen uit naar het ‘op de draad’ snijden. 
Het voordeel hiervan is dat de eetkwaliteit van het vlees voor de klant meestal beter is en dus het
vlees als malser ervaren wordt. 
Door deze snijmethode is het vlees na bereiding
gemakkelijker aan tafel te snijden en te eten. 

Slide 36 - Slide

Welke snijrichtingen zijn er voor rundvlees?
A
op, lang en schuin
B
op, midden en lang
C
op, lang en naast
D
op, schuin en tegen

Slide 37 - Quiz

Snijdikte en afwerking  
Bij het portioneren is naast de snijrichting, ook de snijdikte belangrijk. De dikte van
de lappen die je snijdt, is afhankelijk van de wensen van de klant. Dit kan per regio in Nederland, maar ook per bedrijf verschillen. 
In het ebook worden een aantal standaarden genoemd. Sleep in de volgende slide de producten naar de juiste dikte.

Slide 38 - Slide

1,5 cm of dikker
1 cm of dunner
baklapjes
riblappen
minute steaks
stooflappen
biefstuk
entrecote
bieflappen

Slide 39 - Drag question

Afwerking van rundvleesproducten
Na het portioneren van rundvleesproducten moeten sommige producten nog verder worden afgewerkt. Onder het afwerken van vleesproducten verstaan we handelingen zoals het:
• pletten
• kerven
• aangeven van de snijrichting. 

Slide 40 - Slide

1. Pletten
Pletten wil zeggen dat je met de platte kant van het hakmes op een stuk vlees slaat om het vlees gelijkmatig van vorm en dikte te maken. Modelleren wordt dit ook wel genoemd. Vlees dat op de draad gesneden en daarna geplet is, zal tijdens het
verhitten weer iets omhoogkomen. 

Slide 41 - Slide

2. Kerven
Kerven is het aanbrengen van een wafel-, ster-, ruit- of lijntjespatroon aan de bovenkant van stukken vlees. Dat dient ter decoratie. Bij dikkere producten heeft het kerven ook als voordeel dat de warmte bij het bakken wat sneller kan doortrekken naar de kern. Kerven doe je bijvoorbeeld bij biefstuk of bieflappen. Kerven doe je met het hakmes. Dit doe je zo gelijkmatig mogelijk. Zorg daarbij dat je niet te diep kerft (kerven is geen inhakken)

Slide 42 - Slide

3. Aangeven van de snijrichting
Als service aan de klant geef je bij de aflevering van grote stukken rundvlees, zoals rosbief of braadstuk, de snijrichting voor de klant aan. Dit doe je door met het mes ‘op de draad’ lichte insnijdingen te maken. Deze insnijdingen gaan bij het braden openstaan. 
Na het braden begint de klant het stuk vlees aan de korte kant aan te snijden, waarbij hij automatisch de vleesdraad afsnijdt. De klant krijgt dan dus plakjes vlees met een korte vezel, dus mals effect. 

Slide 43 - Slide

Waarom kerf je een product?
A
warmte laten doordringen
B
verkleinen
C
decoratie
D
malser maken

Slide 44 - Quiz

We hebben het over rundvleesproducten gehad en over de snijrichting. Voor de beeldvorming  een kort filmpje over het dier, de slacht en de verwerking tot product. 
Tekst

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Video

Hierna gaan jullie via de volgende slide naar slagerspassie. Daar is een magazine over rundvlees. 
Klik in de volgende slide op de link om een nieuw tabblad te openen met Slagerspassie.nl 
Kijk daarna nog even mee naar de slide in LessonUp

Tekst

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Link

timer
30:00
Open de website van slagerspassie in een nieuw tabblad. Maak een account aan op slagerspassie.nl. (registreren). 
Klik onderop op het boekje en zoek op rundvlees. Ga door het magazine rundvlees heen. Duurt ongeveer 15 minuten. Pak een kop koffie en over 30 minuten sluiten we deze les af.

Slide 49 - Slide

Wat vond je van het magazine rund op slagerspassie?
😒🙁😐🙂😃

Slide 50 - Poll

Thema Rundvlees
Volgende week wederom rundvlees, maar dan in de praktijk! Bereid je voor door de e-learning herkennen en productkennis te doen. 
Neem praktijkkleding mee. 


Slide 51 - Slide

Wat heb je geleerd?
Noem 3 dingen

Slide 52 - Mind map

Waar wil je meer van weten?
Noem 2 dingen

Slide 53 - Mind map

Huiswerk voor volgende week
  • Maak de elearning van rundvlees productkennis en herkennen. 
  • Ga verder met de presentatie voor Nederlands spreken, de planning is bijna klaar. 
  • Let op de deadline voor de opdrachten van logistiek! Als niet alle opdrachten volledig zijn ingeleverd, kun je geen theorie examen maken. 

Slide 54 - Slide

Zijn er nog vragen?

Slide 55 - Mind map