Cursus 1 - Meer dan lezen - paragraaf 3 - hoofdgedachte - les 2

Welkom
  • Telefoon in de telefoontas.
  • Leg je laptop, schrift en boek op tafel.


1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
  • Telefoon in de telefoontas.
  • Leg je laptop, schrift en boek op tafel.


Slide 1 - Slide

1. De theorie van §2 Onderwerp en  §3 Hoofdgedachte herhalen. 
2. Opdracht 1 nabespreken.
3. Aan de slag met nieuwe teksten.



In deze les gaan we

Slide 2 - Slide

De lesdoelen
  • Je kunt een tekst oriënterend lezen.
  • Je kunt een tekst precies lezen.
  • Je kunt het onderwerp van een tekst bepalen.
  • Je kunt de hoofdgedachte van een tekst bepalen.

Slide 3 - Slide


1.2 Onderwerp
1.3 Hoofdgedachte

Waarover gaat de toets
Meer dan Lezen?

Slide 4 - Slide

Bij oriënterend lezen . . . .
timer
0:30
A
lees je de eerste tot en met de laatste zin van de tekst.
B
bekijk je de tekst en lees je de 1e alinea.
C
lees je de 1e en laatste zin van elke alinea.
D
zoek je alleen het stuk tekst dat je nodig hebt.

Slide 5 - Quiz

Wat doe je NIET bij oriënterend lezen?
A
De titel lezen
B
Het slot lezen
C
De inleiding lezen
D
De tussenkopjes lezen

Slide 6 - Quiz

Wat is een tussenkopje?
A
Een alinea
B
De titel boven de hele tekst
C
De titel van een alinea
D
De bron

Slide 7 - Quiz

Een alinea heeft altijd een tussenkopje
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

orienterend lezen
anders
titel
alles lezen
afbeeldingen
iets opzoeken
inleiding
tussenkopjes

Slide 9 - Drag question

Wat is het onderwerp van een tekst? Het onderwerp van een tekst...
A
... vertelt in één woord of een paar woorden waar de tekst over gaat.
B
... vertelt wat het belangrijkste van de tekst is.
C
... vertelt wat iemand ergens van vindt.
D
... vertelt wat waar of niet waar is.

Slide 10 - Quiz

Wat is het onderwerp van de tekst?
Wat is het onderwerp van de tekst?
A
gevonden pootafdrukken van dino's
B
het Schotse eiland Skye
C
wetenschappers in Schotland
D
dino's leefden in een gezin

Slide 11 - Quiz


§3 Hoofdgedachte


Je kunt het belangrijkste van een tekst of programma in één zin samenvatten. 
Die ene zin noem je de hoofdgedachte.

Slide 12 - Slide

  • Bepaal het onderwerp van de tekst.
  • Lees de tekst precies.
  • Kijk aan het begin en het eind van de tekst of de hoofdgedachte daar al staat.
  • Geef in één zin antwoord op de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd.
Zo vind je de hoofdgedachte

Slide 13 - Slide

Om de hoofdgedachte van een tekst te vinden
Om de hoofdgedachte vinden, moet je de tekst precies lezen: je leest de tekst dan goed van de eerste zin tot en met de laatste zin.
Precies lezen

Slide 14 - Slide


Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
Wat betekent het woord hoofdgedachte?
A
De belangrijkste zin van een alinea
B
Het onderwerp van de tekst.
C
Een uitspraak waar je het wel of niet mee eens bent.
D
Het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd in één zin.

Slide 15 - Quiz

Wat is het onderwerp van de tekst?
Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
A
Wetenschappers in Schotland hebben iets onderzocht.
B
Er is iets bijzonders gebeurd op het Schotse eiland Skye.
C
Aan de Schotse kust zijn honderden pootafdrukken van dino's gevonden.
D
De pootafdrukken van dinosaurussen zijn 170 miljoen jaar oud.

Slide 16 - Quiz

Nabespreking opdracht 1
  1. Plandelen of ploggen, iets voor jou?
  2. Je ziet een grijpstok met een plastic flesje.
  3. Twee tussenkopjes.
  4. zwerfafval opruimen
  5. Reden 1 = dieren kunnen het aanzien voor voedsel. Reden 2 = Dieren kunnen stikken in plastic zakjes waar een lekkere boterham in zit verstopt.

Slide 17 - Slide

Nabespreking opdracht 1
  • 6. Micro- en nanoplastics komen in de natuur en in ons (grond)water.
  • 7. Tijdens het wandelen of joggen ga je ook plastic en ander afval oprapen.
  • 8. A
  • 9. Eigen antwoord.
  • 10. Eigen antwoord. 

Slide 18 - Slide

Oefenen
Meer dan Lezen
§3: Hoofdgedachte
blz 23 + 24
 
Gezamenlijk: tekst 2 lezen.
Zelfstandig: opdracht 3 en 4 maken.

Tijd over? Maak de puzzel op blz 244.



waar?
wat?

Slide 19 - Slide

Einde van deze les!
Als het goed is weet je nu:

  • Hoe je een tekst oriënterend leest en hoe je een tekst precies leest.
  • Hoe je het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst bepaalt.

Slide 20 - Slide