This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Een geslaagd nieuw jaar gewenst!r gewenst!
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
- Planning
- Tips voor een goed debat (vorige les)
- Ethos, logos, pathos
- Aan de slag met argumenten logos, ethos, pathos
Slide 2 - Slide
Planning
- Deze week: voorbereidingen debat
- Volgende week: mondelingen literatuur
- Na de toetsweek 6 lessen: oefenen met debatteren en voorbereiden eigen debat (SET)
- dinsdag 15 februari: Debatdag!
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Op welke manier overtuigt Emma Gonzalez?
Slide 5 - Open question
Welke tips voor een goede opening van het debat herinner je van de vorige les?
Slide 6 - Open question
Een goede opening van je debat
1. Aandacht trekken: attentum parare
2. Welwillend stemmen: benevolum parare
3. Begrijpelijk maken: docilem parare
Slide 7 - Slide
"De kunst om in iedere afzonderlijke zaak datgene te vinden wat overtuigt"
Aristoteles
Retorica
Slide 8 - Slide
Debat voorstanders
1e ronde: 7 minuten
Time-out: 2 minuten
Discussieronde: 10 minuten
Time-out:1 minuut
Laatste ronde: ongeveer 1 a 2 minuten
Debat tegenstanders
1e ronde: 6 minuten
Time-out: 2 minuten
Discussieronde: 10 minuten
Time-out:1 minuut
Laatste ronde: ongeveer 1 a 2 minuten
Slide 9 - Slide
drie aspecten
Logos: argumentatie (heeft betrekking op de zaak. Appelleert aan de ratio)
Ethos: karakter (heeft betrekking op de spreker. Appelleert aan ratio en emotie)
Pathos: emotie (heeft betrekking op het publiek. Appelleert aan emotie)
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
logos
zaakbetrokken; ratio; argumentatie
Met argumenten leg je verbanden tussen een bewezen en een te bewijzen standpunt.
Voor specifieke standpunten: verklaren, voorspellen
voor alle standpunten:analogie, autoriteit
Slide 12 - Slide
Ethos
persoonsbetrokken: ratio en emotie; karakter
Aristoteles: waargenomen karakter
deskundig, betrokken, betrouwbaar
doorslaggevend
Slide 13 - Slide
Pathos
publieksbetrokken: emotie; negatieve gevoelens
angst en rancune
Slide 14 - Slide
BRONNEN
In je opzetbeurt gebruik je bronnen, die je ook vermeldt.
Tijdens de discussie mag je ook nieuwe bronnen aanboren. Geen nieuwe onderwerpen!
Slide 15 - Slide
Dé kenmerken van een stelling waar over gedebatteerd wordt
er is een probleem (ill)
dat probleem is inherent aan het huidige beleid (blame)
het voorstel lost het probleem op (cure)
en heeft geen doorslaggevende nadelen (cost)
De regering (of een andere instantie) moet deze vier horden nemen.
Slide 16 - Slide
Oefenstelling
Er is de afgelopen tijd een hoop te doen geweest over ons uiterlijk. Vorige jaar verwijderde Instagram na kritiek surgery filters. Maar alsnog worden Botox en Lipfillers steeds populairder onder jongeren. Daartegenover staat de Body Positivity-beweging. CDA-Kamerlid Joda van den Berg wil jongeren beschermen en de leeftijdsgrens voor cosmetische (dus niet medische) ingrepen verhogen. Is dat wenselijk en heeft dit wel het gewenste effect? De stelling is: De leeftijdsgrens voor cosmetische ingrepen moet omhoog naar 21 jaar.
Slide 17 - Slide
Zelfstandig werken
Stelling: De leeftijdsgrens voor cosmetische ingrepen moet omhoog naar 21 jaar.
- Zoek degenen op bij wie je bent ingedeeld en bedenk goede argumenten. - Raadpleeg bronnen en zorg dat je je argumentatie aanpast aan logos, ethos of pathos.
- Schrijf de argumenten op in je schrift, zodat je ze straks gemakkelijk kan presenteren.
Slide 18 - Slide
drie aspecten
Logos: argumentatie (heeft betrekking op de zaak. Appelleert aan de ratio)
Ethos: karakter (heeft betrekking op de spreker. Appelleert aan ratio en emotie)
Pathos: emotie (heeft betrekking op het publiek. Appelleert aan emotie)