This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Weerstand
Stroom
Voltage
Geleidbaarheid
Ohm
Spanning
I
G
R
U
A
Siemens
Volt
Slide 2 - Drag question
Wat is de spanning van de elektriciteit in onze huizen?
A
20 kV
B
380 kV
C
10 kV
D
230 V
Slide 3 - Quiz
Wat is de Wet van Ohm?
A
U = I/R
B
U = I*R
C
R = I/U
D
P = U*I
Slide 4 - Quiz
Welke deeltjes zorgen voor elektriciteit?
A
protonen
B
positronen
C
elektronen
D
neutronen
Slide 5 - Quiz
Serie
Parallel
Slide 6 - Drag question
In een serie-schakeling met twee weerstanden geldt:
A
Itot = I1 = I2 en
Utot = U1 = U2
B
Itot = I1 = I2 en Utot = U1 + U2
C
Itot = I1 + I2 en Utot = U1 + U2
D
Itot = I1 + I2 en Utot = U1 = U2
Slide 7 - Quiz
Hoe goed snap je deze basis van het onderwerp elektriciteit nu?
Sleep de ster naar de juiste smiley
Slide 8 - Drag question
Slide 9 - Slide
Bij elektriciteit gebruiken we een formule om de energie per seconde uit te rekenen, welke is de juiste?
A
P=U/I
B
P=I/U
C
P=U*I
D
P=I*U
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
Een apparaat gebruikt 1,08 MJ aan nuttige energie met een rendement van 25%. Wat is de totale energie?
A
4,32 MJ
B
0,27 MJ
Slide 12 - Quiz
Een apparaat in huis gebruikt een totale energie van 4,32 MJ per uur. Wat is het vermogen?
A
4,32 MW
B
4,32 MJ
C
1,2 kW
D
1,2 kJ
Slide 13 - Quiz
Een apparaat in huis heeft een vermogen van 1,2 kW. Wat is de stroom door het apparaat?
A
5,2 A
B
230 V
C
276 A
D
192 A
Slide 14 - Quiz
Deelnemers aan een zonnebootrace mogen maximaal een energie van 3,6 MJ opslaan in batterijen. De boot van de TU Delft heeft een vermogen van 4,0 kW. Bereken hoe veel uur de boot kan varen op alleen deze batterij.