Voor de arbeiders was het leven in de industriesteden hard en zwaar. Ze woonden in overbevolkte, verpauperde wijken en werkten tegen lage lonen en vaak onder gevaarlijke omstandigheden.
Alcoholisme, criminaliteit en ziektes waren verschijnselen die veel voor kwamen. Omdat ze geen kiesrecht hadden, konden arbeiders geen vertegenwoordigers in het parlement kiezen.