De paniek sloeg nogmaals toe, toen in 1979-1980, Nederland nogmaals werd getroffen door een oliecrisis. (nu doordat in Iran een revolutie had plaatsgevonden)
1982 dieptepunt van deze crisis (13% bb werkloos en 13% arbeidsongeschikt).
Helaas slaagden ze daar niet in, de snelle economische groei van voor 1973 keerde niet meer terug.
Slide 9 - Slide
Regeringen o.l.v. premier Lubbers vanaf 1982-1994:
Bezuinigen en belasten zwaarder: o.a. minimumloon ambtenarensalarissen werden gekort, tarieven OV stegen + dieselaccijns omhoog.
Beperken de verzorgingsstaat: o.a. WAO verlagen, wetten zodat werklozen minder vaak werk konden weigeren, huursubsidie beperkt etc.
Privatiseren staatsbedrijven: o.a. NS en PTT (Post)
Slide 10 - Slide
Poldermodel
'80: Vakbonden genoodzaakt tot onderhandeling (i.v.m. steun regering + dalend ledental)
Akkoord van Wassenaar (1982) : gesloten door organisaties van werkgevers en werknemers - Vakbonden accepteren loonmatiging in ruil voor arbeidsduurverkorting + deeltijdbanen.
Begin van het poldermodel (= overeenstemming tussen werkgevers- en werknemers bereiken door vaak te overleggen).
Garantie politieke en economische rust: lonen en prijzen beheersen + goede concurrentiepositie NL garanderen.
Slide 11 - Slide
Polderen: compromissen zoeken en flinke bezuinigen (op de verzorgingsstaat):
- strengere regels voor uitkeringen
- privatiseringen
- allemaal voor-
besproken
"in de polder"
Slide 12 - Slide
Ondanks de economische groei gingen Ruud Lubbers en zijn opvolgers toch door met bezuinigingen op de verzorgingsstaat. Waarom denk je dat dit nodig was?
Slide 13 - Open question
Globalisering: welk effect had dit op de crisis?
A
landen moesten elkaar steunen
B
de internationale handel stortte in elkaar
C
Europa richtte een steunfonds op
D
er ontstond een wereldwijde crisis
Slide 14 - Quiz
Wat zijn de gevolgen geweest van globalisering?
A
De snelheid van transport en comminicatie is in de tijd van televisie en computers enorm toegenomen
B
in 1989 gaven de val van het communisme en de Sovjet-Unie aan de globalisering een extra stimulans
C
na 1945 maakte het westen een sterke economische groei door
D
Globalisering gaat alleen over economie
Slide 15 - Quiz
Wat hoort niet in het rijtje van globalisering?
A
economische verbindingen
B
culturele verbiningen
C
internet/social media verbindingen
D
politieke verbindingen
Slide 16 - Quiz
de handel is achteruit gegaan door globalisering.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
Wat is globalisering?
A
De groei van de totale wereldhandel
B
De verplaatsing van de wereldhandel
C
Steeds meer landen in de wereld die onderling gaan handelen
D
Dat alles meer globaal wordt in de wereld
Slide 18 - Quiz
Nadelen Globalisatie:
- door wegvallen grenscontroles en in- en uitvoerrechten meer buitenlandse cocurrentie
- verdwijnen van werkgelegenheid naar lidstaten met lagere lonen.
Slide 19 - Slide
Vanaf begin jaren 90 stegen de lonen met 25% en overdadig consumeren weer meer de norm, maar ook toenemende inkomensongelijkheid.
- economische groei door wegvallen handelsbelemmeringen binnen EEG.
1992: verdrag van Maastricht (montaire unie en nieuwe naam: EU)
Slide 20 - Slide
Sociale grondrechten
1983: Overheid moet voor mensen zorgen. Sociale grondrechten vastgelegd.
Voorbeeld: recht op onderwijs, werk, en recht op rechtsbijstand.