Grammatica zinsontleding les 6

Welkom
Ga lekker zitten op je plek en pak alvast: 
     je schrift.        
 je leesboek

1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1-3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom
Ga lekker zitten op je plek en pak alvast: 
     je schrift.        
 je leesboek

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Jullie hebben gelezen in jullie leesboek.

Jullie herkennen: de Persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp, het lijdend voorwerp en weten hoe je een zinsdeel herkent.

Jullie hebben een Kahoot gemaakt over: de Persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp, het lijdend voorwerp, zinsdelen.

Slide 2 - Slide

Vandaag:
  • Lezen in je leesboek
  • Huiswerk nakijken: het lijdend voorwerp
  • Maken: Kahoots
  • Uitvoeren Kahoots.

Slide 3 - Slide

In stilte lezen, schrift met huiswerk op de hoek van je tafel & drillsters af
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Huiswerk voor vandaag, zelfstandig nakijken:


timer
10:00

Slide 5 - Slide

In tafelgroepjes: maak een Kahoot
  • De persoonsvorm
  • Het werkwoordelijk gezegde
  • Het onderwerp
  • Het lijdend voorwerp
  • Zinsdelen

Max. 6 vragen.
timer
10:00

Slide 6 - Slide

Tijd voor de gemaakte Kahoots
(of volgende les)

Slide 7 - Slide

Huiswerk
  • Kijk als huiswerk voor de les van donderdag 31 maart daarom de instructievideo's van:
  • Les 5, les 6 en les 47.
  • Lees minimaal een half uur in je eigen leesboek.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Welke woordsoorten ken je?

Slide 10 - Mind map

Woordsoorten
1. Lidwoord
2. Zelfstandig naamwoord
3. Bijvoeglijk naamwoord
4. Voorzetsel
5. Werkwoord
6. Telwoord

Slide 11 - Slide

Woordsoorten

Slide 12 - Slide

welk woordsoort is 'zwemmen'?
A
werkwoord
B
zwemwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijknaamwoord

Slide 13 - Quiz

welk woordsoort is 'fiets'
A
lidwoord
B
bijvoeglijk naamwoord
C
persoonlijk voornaamwoord
D
zelfstandig naamwoord

Slide 14 - Quiz

zinsdelen
woordsoorten
onderwerp
lijdend voorwerp
telwoord
meewerkend voorwerp
werkwoordelijk
gezegde
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
werkwoord
voorzetsel
lidwoord

Slide 15 - Drag question