Domein B: Planten - Voortplanting

                                Welkom klas 4 KBL



Nectar 5.4 voortplanting bij planten    
Examenbundel
Aantekeningenschrift
Geen kauwgom/snoep/jas
1 / 40
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

                                Welkom klas 4 KBL



Nectar 5.4 voortplanting bij planten    
Examenbundel
Aantekeningenschrift
Geen kauwgom/snoep/jas

Slide 1 - Slide

DEZE LES
  • Herhalen fotosynthese
  • Geslachtelijke voortplanting bij planten
  • ongeslachtelijke voortplanting


Slide 2 - Slide

Fotosynthese

Slide 3 - Slide

Wat is de goede formule van fotosynthese?
A
water + CO2 --> glucose + zuurstof
B
glucose + zuurstof --> water + CO2
C
water + zuurstof --> glucose + CO2
D
water + glucose --> zuurstof + CO2

Slide 4 - Quiz

Wat doet een plant met een overschot van glucose?

Slide 5 - Open question

Wat doet een plant met een overschot van zuurstof?

Slide 6 - Open question

De huidmondjes kunnen

A
Zuurstof afgeven en koolstofdioxide opnemen
B
Water opnemen
C
Mineralen opnemen
D
Glucose opnemen en afgeven

Slide 7 - Quiz

B3: voortplanting planten
Je gaat naar een filmpje kijken over dieren die belangrijk zijn voor de voortplanting zij van planten.

Bedenk tijdens het kijken:
- wat maakt de plant voor de dieren?
en hoe helpen dieren bij de voortplanting van planten.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Wat maakt de plant voor de dieren?
A
suiker
B
honing
C
nectar
D
glucose

Slide 10 - Quiz

De bouw van een bloem
Hiernaast zie je een schematische tekening van een bloem.

Veel bloemen bestaan uit een

Mannelijke deel (meeldraden)
en een 
Vrouwelijke deel. (stamper)

Slide 11 - Slide

Het geslacht van een bloem:
De voortplantingsorganen

Je weet het verschil tussen:

- Mannelijke bloem
- Vrouwelijke bloem
- Tweeslachtige bloem

Slide 12 - Slide

Tweeslachtige bloem

Slide 13 - Slide

Bestuiving = het overbrengen van stuifmeel van de ene bloem naar de andere bloem van dezelfde soort.
Bestuiving

Slide 14 - Slide

Welke onderdelen?
Waarvoor?
helmknop
stuifmeelkorrels
stempel
deel van stamper
opvangen stuifmeelkorrels
vruchtbeginsel
bevat zaadbeginsels met eicellen

Slide 15 - Slide

Wat is geen bestuiving?

Slide 16 - Slide

Wat is geen bestuiving?

Slide 17 - Drag question

Windbestuiving

- Groen en klein kroonblad

- Grote stempel buiten de       bloem

- Lange meeldraden, buiten de bloem

- Veel, klein en glad stuifmeel

Slide 18 - Slide

Insectbestuiving

  1.     Een insect ziet de kroonbladeren van een bloem: daar valt nectar te halen!
  2.     Het insect kruipt in de bloem om nectar te halen.
  3.     Er komt stuifmeel op het lijf van het insect.
  4.     Het insect gaat naar de volgende bloem en kruipt naar binnen.
  5.     Het stuifmeel komt op de stamper: bestuiving.

Slide 19 - Slide

Kenmerken windbloemen vs insectenbloemen

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Vragen...
  1.  Hoeveel stuifmeelkorrels zie je?
  2. Hoeveel stuifmeelbuizen tel je?
  3. Hoeveel zaadbeginsels zitten er      in het vruchtbeginsel?
  4. Heeft hier bevruchting plaats gevonden?

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Hoe ontstaan appels aan de boom?

Slide 25 - Slide

windbloemen hebben.../ geen..

Slide 26 - Mind map

Zaden verspreiden

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Slide

Wat heb jij geleerd over de voortplanting bij planten?

Slide 34 - Mind map

Nog even oefenen..
Wil je nog wat extra uitleg?
Bekijk het filmpje via de link.
Met stukje over mitose/meiose
kan je overslaan. 


Slide 35 - Slide

Bedankt voor jouw aandacht!
Oefen thuis verder met deze les.
Kijk in het oefenboek welke examenvragen bij dit onderwerp passen.


Slide 36 - Slide

Bloemetjes en bijtjes

Wat geldt voor windbloemen?
A
1. kleverig stuifmeel 2. onopvallende bloemen 3. produceren nectar
B
1. veel, heel fijn stuifmeel 2. onopvallende bloemen 3. produceren geen nectar
C
1. veel, heel fijn stuifmeel 2. opvallende bloemen 3. produceren nectar
D
1. kleverigstuifmeel 2. opvallende bloemen 3. produceren geen nectar

Slide 37 - Quiz

Bloemetjes en bijtjes

Wat is de juiste volgorde?
A
groei stuifmeelbuis, bestuiving, bevruchting, zaadvorming
B
zaadvorming, groei stuifmeelbuis, bestuiving, bevruchting
C
zaadvorming, groei stuifmeelbuis, bevruchting, bestuiving
D
bestuiving, groei stuifmeelbuis, bevruchting, zaadvorming

Slide 38 - Quiz

Van bloem tot vrucht

1. Een doperwt is een voorbeeld van een zaad
2. Een sperzieboon is een voorbeeld van een vrucht
A
1 = waar 2 = waar
B
1 = waar 2 = niet waar
C
1 = niet waar 2 = waar
D
1 = niet waar 2 = niet waar

Slide 39 - Quiz

je ziet
A
bestuiving
B
verspreiding zaden

Slide 40 - Quiz