Herhaling paragraaf 3 en 4

Herhaling paragraaf 3 en 4
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling paragraaf 3 en 4

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Hoe zijn steenkool, aardolie en aardgas ontstaan?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Kalksteen
Mergelgrot Maastricht
Sint Pietersberg



Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Slide

Maken 
Herhaling van paragraaf 1.3

Slide 9 - Slide

De 3 beroepssectoren
  • Sector 1: Landbouw

       (primaire sector)

  • Sector 2: Industrie

       (secundaire sector)

  • Sector 3: Diensten
       (tertiaire sector)

Slide 10 - Slide

Arbeidsintensief 
voor de productie is vooral arbeid (werk) nodig.

Voorbeelden van arbeidsintensief werk.

Slide 11 - Slide

Maar...
Er kwamen veranderingen.
Mensenwerk werd overgenomen door stoommachines

Slide 12 - Slide

Hoe werkt zo'n stoommachine?

Slide 13 - Slide

Secundaire sector

Slide 14 - Slide

Machines
Door de komst van machines is kapitaal (geld) belangrijk om iets te kunnen produceren. Deze manier van produceren heet daarom: 
kapitaalintensief 
In welke sector werken de mensen op de foto?
secundaire sector
Hoe wordt de deze sector ook wel genoemd?
industriesector

Slide 15 - Slide

Waarom daar?
In de 19e eeuw kwamen de fabrieken.
Waar stonden die vaak?
  • bij havens
  • bij steenkoolvelden

Als je zoekt naar een goede plek voor je bedrijf let je op de: vestigingsplaatsfactoren
Voorbeelden daarvan zijn:
  • dicht bij de klant
  • goede bereikbaarheid
  • een land met lage lonen


Slide 16 - Slide

Tertiaire sector

Slide 17 - Slide

Tertiaire sector
Beroepen waarbij je een dienst verleend aan een ander.
  • Winkel
  • bank
  • vervoersbedrijf
Veel bedrijven zijn commercieel = ze willen winst maken!

Beroepen als docent, politie, zorg = niet- commerciële dienstverlening (quartaire sector) 

Slide 18 - Slide

De drie beroepssectoren
1. De primaire sector: werken mensen bij bedrijven die voedsel en grondstoffen uit de natuur halen. 
 landbouw, tuinbouw, visserij en mijnbouw, winnen van delftstoffen (aardolie, gas, goud)

2. De secundaire sector: beroepen waarbij producten worden gemaakt van de grondstoffen. Bijvoorbeeld in een fabriek. ook Nutsbedrijven (elektriciteit, drinkwater, bouwbedrijven, slagers en meubelmakers)

3. De tertaire sector: dienstverlening. Dan doe je wat voor iemand. Iets verkopen of een dienst verlenen. Dit zijn de meeste beroepen in Nederland. Dokters, advocaten, mensen op kantoor, klusjesmannen.
verschillende sectoren

Slide 19 - Slide

Maken 
Herhaling van paragraaf 1.4

Slide 20 - Slide