Les 5 kinderen met gedrags- en emotionele problemen

• Orthopedagogiek
• Secundair onderwijs

De jeugd van tegenwoordig..... die hebben geen respect meer voor andere mensen en materiaal!

Dat krijsend kind aan de kassa, amai zeg als dat mijn kind was!

Wat is normaal? En wanneer wijkt iets af van normaal?

We kunnen stellen dat ...

Normaal is het gedrag dat door de meeste mensen wordt vertoond. 

afwijkend: gedrag dat door een klein deel van de mensen wordt vertoond. 

Wat is normaal? En wanneer wijkt iets af van normaal?

Dat heeft te maken met ons 

- eigen waarden en normen

- eigen referentiekader

Normen: zijn regels of verwachtingen die bepalen hoe we ons horen te gedragen in verschillende situaties. Bijvoorbeeld, een norm is dat we elkaar respectvol behandelen door niet te schreeuwen of te schelden. 

Waarden: zijn dingen die we belangrijk vinden in het leven. BV: Respect

Referentiekader: Stel je voor dat je een soort bril hebt die je helpt om de wereld om je heen te zien en te begrijpen. Dat is een referentiekader! Het is als een speciale manier waarop je naar dingen kijkt en hoe je ze begrijpt. Het wordt gevormd door alle dingen die je hebt meegemaakt, geleerd en gezien in je leven tot nu toe.

Filmpje

1. Welk probleemgedrag komt ter sprake?

2. Wat vertellen de ouders?

3. Wat vertelt de hulpverlener?

Welk probleemgedrag komt ter sprake

verbaal agressief

fysiek agressief

spullen kapot

spijbelen

verkeerde vrienden

vechtpartij 

politie

rechtbank

Wat vertellen de ouders

ouders geen grip op de kinderen, geen huisregels, geen grenzen. 

Wat vertelt de hulpverlener

in kaart brengen wat speelt er, ouders, kinderen, school

 meerdere oorzaken onderzoeken

Kinderen met gedrags- en emotionele problemen

Wanneer beschouwen het gedrag van een kind als een probleem?

Wanneer het echter gaat over gedrag dat serieus afwijkt van het normale, als een kind of jongere herhaaldelijk, op verschillende plaatsen en in verschillende situaties vervalt in moeilijk gedrag 

>> Dan is er wellicht iets mis en spreken we van gedragsproblemen of gedragsstoornissen.

>> Deze problemen vereisen een professionele en adequate aanpak.

het gaat hier niet over een kind die het een keertje uithangt.  of over een moeilijke puber die opstandig gedrag vertoont in de puberteit. ... of een kind dat een ongehoorzaam is.  Het gaat verder dan dat.

Vaak vinden wij het gedrag een probleem. Die kinderen ervaren dat niet zo. 

- 

Van Der ploeg = hoogleraar aan de universiteit van leiden. Hij heeft heel wat boeken geschreven over probleemgedrag bij jongeren.

- wijkt af van heersende normen en geldende regels

- frequentie, duur en omvang

- gevaar voor zichzelf en omgeving?

Uiterlijk waarneembare problematiek: Vb gevecht, druggebruik

Innerlijke problematiek: angst, onzekerheid, depressie, trauma, 

Leefsituatie: moeilijke thuissituatie. 

1. Nathalia, die wordt aangesproken bij de vtm - Ze vindt dat ze mag zeggen wat ze denkt. De crew denkt daar anders over, respect, beleefdheid een belangrijke waarde en vinden het een

norm dat er niet geschreeuwd en geroepen wordt.

Verschillende contexten in 1 cultuur:

Stel: op de jeugdbeweging, of thuis, op school .

Verschillende culturen

Mooi gedekte tafel met elk zijn bord en bestek, in een andere cultuur zetten ze allerlei eten op tafel en mag er met de handen vanalles genomen worden.

2. hoe vaak komt het voor en hoe lang houdt het aan. 

3. Omvang: is het in één situatie of komt het in meerdere situaties voor.

Kleine kinderen zijn in volle ontwikkeling. Gedrag dat op de ene leeftijd aangepast is, is dat

niet meer op een andere leeftijd. 

Dit betekent dat probleemgedrag beoordeeld moet worden

tegen de achtergrond van de ontwikkelingsfase van het kind en dat deskundigheid m.b.t.

gedragsmoeilijkheden een zeer grote kennis van de ontwikkelingspsychologie vereist.

Voorbeeld:

Kleuters zijn nog erg druk en hebben vaak woedebuien. Kinderen in de lagere schoolleeftijd vertonen veel minder

dit soort gedrag.

Stephanie is nog geen vijf jaar oud, maar weet met de regelmaat van de klok de gezinssfeer te

verpesten. Stephanies moeder klaagt dat het elke dag rond het avondeten gegarandeerd mis is. Het gedrein begint al als het gezin aan tafel gaat: nog voor ze weet wat ze gaan eten, begint Stephanie al te zeuren: ’Dat lust ik niet!’. Het gezeur mondt soms zelfs uit in geruzie en geschreeuw, want Stephanie duwt haar bord vaak gewoon weg, en weigert ook maar één hap te eten als ze niet iets anders krijgt. De ouders van Stephanie zien steeds meer op tegen het moment van de dag dat eigenlijk het gezelligste zou moeten zijn…

voorbeeld van frequentie

Elke avond rond etenstijd speelt zich daar in huis een tafereel af waarbij de ruzie maakt over het eten en weigert te eten.

Martijn (4 jaar) weigert thuis bijna altijd zijn speelgoed op te ruimen. Zijn juf vertelt aan Martijns ouders dat ze hem in de klas wel heel erg vaak tot de orde moet roepen als ze met de hele klas in de vertelhoek gaan zitten voor het verhaal van de dag. Martijn blijft op zulke momenten maar rondlopen en vaak duwt hij andere kleuters ook nog. Een tante van Martijn merkt op dat hij bij spelletjes met neefjes en nichtjes absoluut niet tegen zijn verlies kan. Hij begint het spel dan met opzet te verstoren en laat zich herhaaldelijk op de grond vallen

meerdere situaties

gedrag rondlopen, niet opruimen en andere kinderen doet hij niet alleen in de klas, maar hij laat ook dergelijk gedrag zien als hij speelt met neefjes.

De juf van Sven (6 jaar) maakt zich ook zorgen. Sven zit in het eerste leerjaar en heeft behoorlijk veel moeite met lezen. Maar hij raakt ook opvallend vaak verzeild in ruzies, en wordt steeds meer ‘de schrik van de speelplaats’. Discussies tussen Sven en de andere kinderen gaan gepaard met veel gevloek en allerlei schuttingtaal, en lopen meer dan eens uit in vechtpartijtjes, waarbij Sven er niet voor terugdeinst om te bijten of te schoppen.

Gevolgen voor de omgeving 

Hij gebruikt fysieke agressie naar anderen toe. 

Oefening 7.1 p.33

https://www.youtube.com/watch?v=9qiNgksabO4

Belangrijk om een onderscheid te maken tussen deze begrippen.

internaliserend: naar binnen gericht - zelfverwonding, angstig, teruggetrokken, psychosomatische klachten

externaliserend: naar buiten gericht

agressie, fysieke ontlading zoals slaan en schoppen, brutale mond

mishandeling naar omgeving

de omgeving pikt deze signalen niet zo op, daardoor ontstaat ontkenning, maar kan ook begrip ontstaan 'het is niet zo erg'. 

Kans op verwaarlozing van de problemen, waardoor er te laat hulpverlening wordt opgestart. 

Extra

Welke risico factoren  en beschermende factoren kan je vinden met betrekking tot gedragsproblemen?

jullie mogen online opzoeken 

juist of fout

Gedrag is slechts voor een deel bepaald door kindfactoren en de opvoeding thuis

juist of fout

Gedragsproblemen nemen verschillende vormen aan

Juist of fout

Meisjes vertonen alleen internaliserend gedrag?

Juist of fout

Of gedrag storend is, hangt ook af van wie ernaar kijkt