pw leesvaardigheid h 1 en 2 behandelen 2ea

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Leesvaardigheid

• Interview je ouders of je opa of oma, tante of oom.
• Kom erachter hoe zij vroeger leefden zonder mobiele telefoon of internet/Netflix etc.
• Laat ze een vergelijking maken tussen vroeger en nu.
• Je verzint tien vragen die je kunt stellen. 
• Je maakt aantekeningen tijdens  het interview.
• Je schrijft tijdens de les het samenvattend interviewverslag. Daarvoor neem je tijdens die les je aantekeningen mee. Niet bij? Helaas een 1.

Opdracht interviewverslag -do 8 december

• Stel veel open vragen. Gebruik 5 w's aan begin.
  
• Heb je toch een gesloten vraag gesteld, vraag door.
  

Interviewverslag:

• Letterlijk:vraag en antwoord opnemen.
  
• Samenvattend: Vragen weglaten en het interview samenvatten in eigen woorden met af en toe uitspraken van geïnterviewde.

Technieken

inleiding	Leuke beginzin Introduceer geïnterviewde Vertel wat onderwerp interview is.
Middenstuk	Twee of drie alinea's. Geef daar je samenvatting van het interview.
Gebruik citaten	Zet bij het citaat van wie het komt.
Slot	Samenvatting van middenstuk in andere woorden. Zorg voor conclusie.

Indeling samenvattend interviewverslag

Korte herhaling: Goed of fout? Leg uit!

1) Die sportclub biedt je gratis kennismakingslessen.

2) Dat gebeurdt mij nog zelden.

3) Hij heeft die smerige lucht al de hele dag geroken.

4) Wij raadden hem aan om naar huis te gaan.

5) Dat voorafje bederfde mijn eetlust.

Beantwoord de volgende vragen:

1. Hoe heb je de theorie voor pw leesvaardigheid voorbereid? (en voor morgen)?

Telt het voor jou of niet?

2. Je kunt een tekstverband vinden in de tekst en herkennen.

3. Je weet hoe je een hoofdgedachte van een tekst kan vinden en hoe je die kunt weergeven.

4.Je weet wat hoofd- en bijzaken zijn.

5. Je weet welke functies een slot kan hebben en je kunt ze herkennen in een tekst.

6. Je weet hoe je moet omgaan met moeilijke woorden in een tekst.

Een kernzin is:

A) belangrijkste zin inleiding

B) belangrijkste zin van een tekst

C) de belangrijkste zin van een alinea

Hoofdzaken vind je meestal

A) in middenstuk

B) in inleiding/slot/titel

C) je moet daarvoor de tekst in

    1 tot 2 zinnen samenvatten.

Antwoord: C

Antwoord B

Moeilijke woorden:

subtiele=nauwelijks waarneembare

cynische=spottende

sceptisch=twijfelend (niet meegerekend

b.socrative.com

Je gaat het volgende doen:

1) Bekijk welke vragen je fout had. Waren dit vragen waar theorie voor nodig was of niet? Vragen met theorie waren:

    1 t/m4 / 7,8,9,13,14, 15. De rest ging over de inhoud.

2) Heb je de meeste van bovenstaande vragen goed dan zat de theorie goed in je hoofd. In andere gevallen: theorie beter voorbereiden en toepassen.