This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
4.4 Wisselwerking van krachten
De wetten van Newton
1 . De eerste wet : de traagheidswet
2 . De tweede wet : kracht verandert de snelheid
3 . De derde wet : actie is reactie
Slide 1 - Slide
De derde wet van Newton
Als voorwerp A een kracht uitoefend op voorwerp B, dan oefent voorwerp B een evengrote maar tegengestelde kracht op voorwerp A uit.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Slide 4 - Video
phet.colorado.edu
Slide 5 - Link
krachten komen altijd in paren voor
Zonder een tegenkracht kom je niet vooruit.
Auto met de wegdek.
Vliegtuig met lucht.
Zwemmer met water.
Rennen met grond.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Frank fietst met een constant snelheid van 8 m/s. De normaal kracht is 850 N en de spierkracht die hij levert is 500 N. Hoe groot zijn de weerstandskrachten?
A
0 N
B
1350 N
C
500 N
D
850 N
Slide 11 - Quiz
Bekijk de volgende twee uitspraken: 1 Een kracht werkt altijd tussen twee voorwerpen. 2 De spankracht in een elastiek is hetzelfde als de veerkracht van dat elastiek.
A
uitspraak 1 is juist
B
uitspraak 2 is juist
C
beide uitspraken zijn juist
D
geen van beide uitspraken is juist
Slide 12 - Quiz
er werken twee krachten op een voorwerp, een van 5 N, een van 20 N. Dan kan de resulterende kracht liggen: