14. Geestelijke gezondheidsproblemen deel 3

14. Geestelijke gezondheidsproblemen (deel 2)
Vandaag:
14. 4: Persoonlijkheidsstoornissen 
14.5 Stoornissen in lichaamsbeleving en regulatie 
14.6 verslaving
14.7 Delier 
1 / 35
next
Slide 1: Slide
AFPMBOStudiejaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

14. Geestelijke gezondheidsproblemen (deel 2)
Vandaag:
14. 4: Persoonlijkheidsstoornissen 
14.5 Stoornissen in lichaamsbeleving en regulatie 
14.6 verslaving
14.7 Delier 

Slide 1 - Slide

Een obsessieve-compulsieve stoornis leidt tot
A
vermagering
B
dwanggedachten
C
obsessies voor kleding
D
obsessies voor schoenen

Slide 2 - Quiz

Een bipolaire stoornis kenmerkt zich door wisselen van manische en depressieve periodes
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Wanneer iemand het gevoel heeft om extreem belangrijk of krachtig te zijn dan denken we aan
A
een depressie
B
een manie
C
Mark Rutten
D
Messi

Slide 4 - Quiz

De bewegingen kunnen trager, houterig en onhandiger zijn bij ASS (autisme spectrum)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

14.4 persoonlijkheidsstoornissen
* 10 persoonlijkheidsstoornissen
Er zijn drie groepen 
Groep A: gedrag die door anderen als vreemd wordt gezien
Groep B: moeilijk om gedrag en emoties in de hand te houden 
Groep C: angst staat voorop  

Slide 6 - Slide

Groep A
- Paranoïde persoonlijkheidsstoornis (achterdochtig en wantrouwend)
- Schizoïde (op zichzelf)
- Schizotypische  (andere denkpatronen)

Slide 7 - Slide

Groep B 
- Borderline persoonlijkheid (instabiel in emoties)
- antisociaal (jezelf voorop stellen, impulsief, roekeloos en agressief)
- histrionisch (bezig om in middelpunt te staan)
- narcistisch (grote verhalen, wil bewonderd worden)

Slide 8 - Slide

Groep C 
- vermijdend (bang om met anderen om te gaan)
- afhankelijk (onzeker en daardoor steunen op anderen)
- dwangmatig (regels, orde)

Slide 9 - Slide

Diagnose 
verhaal van de client (en naasten)
vragenlijsten en psychologische instrumenten 
hoor je niet in groep A,B,C ?
ongespecificeerde persoonlijkheidsstoornis 

Slide 10 - Slide

Psychosen en schizofrenie 
schizofrenie  (benaming is ter discussie) 
gaat gepaard met psychoses 
diagnose meestal bij jongeren gesteld
erfelijkheid/omgeving

Slide 11 - Slide

symptomen 
niet in contact met de werkelijkheid 
(hallucinaties : dingen zien en/of horen )
wanen: bizarre overtuigingen 
Diagnose: anamnese en gesprekken
evt aanvullen met psychologisch, neurologisch en labonderzoek 

Slide 12 - Slide

Behandeling en prognose 
- medicatie: beinvloeden chemische processen in hersenen
psychose ; dopamine remmers (want dopamine is dan hoog)
- therapie (cognitieve gedragstherapie)
- informatie en ondersteuning (over aandoening
Prognose: lastig te voorspellen 

Slide 13 - Slide

Welk type medicatie verlaagt dopamine ?
A
slaapmedicatie
B
antipsychotica
C
epileptica
D
tranquilizers

Slide 14 - Quiz

Wat is een hallucinatie
A
dingen waar nemen die er niet zijn
B
een paard zien vliegen
C
na een dagje terras je rekening van 400 zien
D
na te veel alcohol, de volgende ochtend achter iets komen

Slide 15 - Quiz

Bij een waan is men overtuigd van iets wat niet waar is. (gecodeerde boodschappen)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

14.5 Stoornissen in lichaamsbeleving en regulatie 
* Eetstoornissen 
TE DIK - TE DUN 

Slide 17 - Slide

Symptomen 
- Pica
- Ruminatiestoornis
- Voedselaversie 
- Anorexia
-Boulimia 
- Eetbuistoornis 
- Orthorexia 

Slide 18 - Slide

behandeling 
extreem gewichtsverlies (soms gedwongen opgenomen)
obesitas bestrijden 
psychologische begeleiding 
(kijktip: Emma wil leven)

Slide 19 - Slide

Ziekte angst stoornis (hypochondrie)
Symptomen :denken dat ze een ernstige aandoening hebben
angstig/paniekerig/
Behandeling: psycholoog

Slide 20 - Slide

Slaapstoornissen 
normaal slaap je ongeveer 8 uur per nacht
vermoeidheid, prikkelbaar, geheugenproblemen, geen energie,
slaapstoornis ? als je leven beperkt wordt 
vaak gepaard met depressie of angststoornis

Slide 21 - Slide

Symptomen 
- insomniastoornis 
- slaapstoornis met ongewone activiteit (angst)
- circadianeritme-slaap-waakstoornis (verstoring 24 uursritme)
- ademhalingsgerelateerde slaapstoornissen (slaapapneu)
(slaapboekje bijhouden) 

Slide 22 - Slide

Behandeling 
- regelmaat aanbrengen in slaaptijden
- alcohol en stress beperken 
- oorzaak opsporen angst 
- ritme terughalen 
- apneu behandelen 

Slide 23 - Slide

14.6 Verslaving 
alcohol- drugs-medicatie
handelingen : gokken -gamen

Slide 24 - Slide

clienten met verslaving 
- gebruiken vaker, langer dan de bedoeling 
- besteden veel aandacht (geld, kopen, gebruiken)
- hunkeren naar het middel
- meer nodig voor hetzelfde effect
- problemen in t leven (werk, school, prive)

Slide 25 - Slide

* door gebruik gevaar (verkeer: met drugs achter het stuur)
* blijven gebruiken 
* willen stoppen maar lukt niet
* krijgen ontrekkingsverschijnselen  (zweten, hoge hartslag, trillende handen ) 

Slide 26 - Slide

Verslaving gaat gepaard met een of meerdere geestelijke gezondheidsproblemen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quiz

Verslaving aan alcohol 
stoornis in gebruik wanneer alcoholgebruik leidt tot een aantal beperkingen. Vaak bij ouderen -in gedrag zie je:
ongepast (seksueel) gedrag/ veranderlijke stemming/slechte verstaanbaarheid/vaker vallen/toenemende incontinentie/brandwonden, blauwe plekken/verwaarlozing

Slide 28 - Slide

complicaties
- beschadiging perifeer zenuwstelsel -ondervoeding- stoornissen in spijsvertering- stoornissen hart en bloedvaten 
- Sociale problemen 
AFKICKEN ! 
medicatie: naltrexon 

Slide 29 - Slide

Signalen delier 
- niet zichzelf zijn
- niet helder kunnen denken
- omkeren van dag/nachtritme
- levendige dromen
- onrust, angst

Slide 30 - Slide

Signalen delier 

- desorientatie/waarnemingsstoornissen
- hallucinaties 
- overgevoelig voor prikkels 
- urenlang stil in bed liggen 

Slide 31 - Slide

Vormen delier 
* Hyperactief delier (motorische onrust)
* Hypoactief delier (bewegingsarmoede)
* gemengde vorm 

Slide 32 - Slide

Behandeling:
1. opsporen lichamelijke oorzaak
2. veilige omgeving 
3. medicatie om symptomen te verminderen/stoppen

Slide 33 - Slide

medicatie alleen ingezet bij:
- cliënt is erg angstig en achterdochtig
- cliënt heeft verstoord dag en nachtritme
-cliënt heeft motorische onrust 

Slide 34 - Slide

Schema blz.249
Verschil delier, dementie, depressie 
- ontstaan - symptomen - Duur - Bewustzijn - Orientatie - Spraak - Hallucinaties - slaapproblemen 

Slide 35 - Slide