het hart

Het hart
Planning:
stukje theorie : ritmestoornissen, infarct en hartfalen.
dan werken op de ccu.

1 / 50
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

This lesson contains 50 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Het hart
Planning:
stukje theorie : ritmestoornissen, infarct en hartfalen.
dan werken op de ccu.

Slide 1 - Slide

anatomie van het hart
4 kamers, hartkleppen en coronairen
rechts voorziet de kleine bloedsomloop 
links voorziet de grote bloedsomloop

Slide 2 - Slide

t e

Slide 3 - Slide

Hoe maak je een ECG?

Slide 4 - Slide

Normaal ECG
Pathologie (meest voorkomende):
*Ritme en geleidingsstoornissen
*Hartinfarct
* Hartfalen 

Slide 5 - Slide

Normaal ECG

Slide 6 - Slide

Hoe lees je een ECG?

Slide 7 - Slide

ritmestoornissen versus geleidingsstoornissen
atriaal versus ventriculair
regulair versus irregulair
brady versus tachy
asystolie

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

= prematuur complex: atriaal en ventriculair.

Slide 11 - Slide

atriumfibrilleren

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

ventrikkelfibrilleren en ventrikkelflutter

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Ventrikel fibrilleren

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Behandeling hartritmestoornissen
Medicamenteus:
  • Anti-aritmica
  • Keuze van anti-aritmicum is afhankelijk van soort hartritmestoornis!
  • Flecainide, Lidocaïne, Amiodaron,                                                   Beta-blokkers,                                                       Calciumantagonisten


Slide 19 - Slide

niet medicamenteus:
pacemaker: 
zorgt ervoor dat het hart in het juiste ritme blijft kloppen en is nodig bij een langzaam hartritme.
icd: 
geeft een schok bij gevaarlijke hartritmestoornissen om het normale hartritme te herstellen
ablatie: wegbranden van stukje weefsel.
Cardioversie:  herstellen van het ritme met medicatie en een defibrillator.
dotter behandeling: bij onderliggende vernauwing van de kransslagader.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Hartinfarct
  • Als er slagaderverkalking optreedt bij een bepaalde slagader (kransslagader bijv.) ontstaat er een hartinfarct
  • Deze kan worden gedotterd:

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

ST elevatie

Slide 24 - Slide

Hartinfarct: ST-segment is verhoogd. Rechts: ECG zonder afwijkingen.
De verhoging van het ST-segment ontstaat doordat een deel van de hartspier geen zuurstof meer krijgt als gevolg van het hartinfarct.

Slide 25 - Slide

ECG infarct
ECG

Slide 26 - Slide

ST-elevatie en reciproke ST- depressie

Slide 27 - Slide

Behandelingen
Revascularisatie met stent (dotteren)

Slide 28 - Slide

Behandelingen
Revascularisatie met stent (dotteren)

Slide 29 - Slide

Behandelingen

Bypassoperatie / overbruggingsoperatie (CABG)

Slide 30 - Slide

Hartfalen
Verminderde pompfunctie
kortademig/oedeem
onderzoeken: ECG, Echo, labratorium
Behandeling acuut: Lasix, NTG, morfine en 02

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

werken op een CCU:

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

nog vragen?

Slide 44 - Slide

einde les

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Medicatie:

Slide 47 - Slide


Bètablokkers: 
Dit medicijn verlaagt de hartslag en bloeddruk en vermindert zo de belasting van het hart. 
ACE-remmers: 
Deze medicijnen ontspannen de bloedvaten en verbeteren de doorbloeding van het hart en andere organen. 
Statines: 
Deze medicijnen verminderen het cholesterolgehalte in het bloed en verminderen daarmee het risico op hart- en vaatziekten.





Slide 48 - Slide

Plaatjesremmers: 
Deze medicijnen voorkomen de vorming van bloedstolsels en worden vaak voorgeschreven aan patiënten die een hartinfarct of beroerte hebben gehad.
Diuretica:
 Dit zijn medicijnen die overtollig vocht uit het lichaam verwijderen.

Slide 49 - Slide

ST depressie

Slide 50 - Slide