3GT - Economie - hoofdstuk 5.2

Hoofdstuk 5: Is er werk voor jou?

Herhaling §5.1 Wat levert werken op?

1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 5: Is er werk voor jou?

Herhaling §5.1 Wat levert werken op?

Slide 1 - Slide

In een CAO staan..
A
Arbeidsvoorwaarden
B
Bedrijfstakken
C
Hoeveel uur je moet werken
D
Waar je moet werken

Slide 2 - Quiz

Loonbelasting en sociale premies worden ingehouden op je...
A
Brutoloon
B
Nettoloon

Slide 3 - Quiz

Miriam verdient € 2.295 per maand. Op haar brutoloon wordt
€ 317 aan loonbelasting en € 112 aan sociale premies ingehouden.
Bereken het nettoloon van Miriam
A
2.295
B
317
C
1866
D
429

Slide 4 - Quiz

Het brutoloon van Safan is € 3.300. Op zijn brutoloon wordt 36%
ingehouden voor loonbelasting en sociale premies.
Hoeveel € wordt er ingehouden op zijn loon?
A
€ 9.166,67
B
€ 1.188,00
C
€ 36,00
D
€ 2.112,00

Slide 5 - Quiz

Is het wit, grijs of zwart werk?
Je betaalt belasting en premies over je inkomen
A
Wit
B
Grijs
C
Zwart

Slide 6 - Quiz

Is het wit, grijs of zwart werk?
Je doet vrijwilligerswerk
A
Wit
B
Grijs
C
Zwart

Slide 7 - Quiz

Is het wit, grijs of zwart werk?
Je helpt je ouders bij het huishouden
A
Wit
B
Grijs
C
Zwart

Slide 8 - Quiz

Is het wit, grijs of zwart werk?
Je betaalt geen belasting over je salaris
A
Wit
B
Grijs
C
Zwart

Slide 9 - Quiz

Wat is een reden om zwart te werken?
A
Je bouwt pensioen op
B
Wanneer je werkloos raakt heb je een uitkering
C
Je verdient meer geld per uur
D
Je draagt geen sociale premies af

Slide 10 - Quiz

5.2 Wat voor ondernemingen?
Leerdoelen:
- Ik kan uitleggen in welke groepen je de productie kunt indelen
- Ik kan uiteggen hoe in bedrijven het werk verdeeld wordt
- Ik kan uitleggen wat een zelfstandige, een eenmanszaak en een zzp'er is
- Ik kan uitleggen wat een vof is
- Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen een nv en een bv

Slide 11 - Slide

Arbeid en productie worden ingedeeld in vier productiesectoren
Primaire sector
Landbouw, visserij, winning van delfstoffen


Secundaire sector
Industrie, bouw, ambachten (zoals bakkers)

Tertaire sector
Commerciële dienstverlening (winkels, banken, transportbedrijven, etc)

Quartaire sector

Niet-commerciële dienstverlening (gezondheidszorg, onderwijs, overheidsdiensten, etc)

Slide 12 - Slide

Arbeidsverdeling
  • Arbeidsverdeling = iedereen doet zijn of haar eigen werk (taken)
  • Een voorbeeld van arbeidsverdeling op school: leraren; conciërges; directeur. 
  • Verschil in leidinggevend werk en uitvoerend werk

Slide 13 - Slide

Organogram
Om het werk zo goed mogelijk te doen is er een arbeidsverdeling (specialisatie)

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Een zelfstandige ondernemer moet:
  • Zich inschrijven bij de Kamer van Koophandel (KVK)
  • Een ondernemingsvorm kiezen

  • Eenmanszaak
  • Één eigenaar
  • Zakelijk & privé
  • VOF (venootschap onder firma)
  • Meerdere eigenaren
  • Zakelijk & privé
  • NV (naamloze venootschap)
  • aandeelhouder 
    naamloos
  • Zakelijk
  • BV (Besloten venootschap)
  • aandeelhouder op naam
  • Zakelijk

Slide 16 - Slide

Aan de slag

Lees bladzijde 134 - 137
Maak opgave 1 t/m 13


Slide 17 - Slide