Momentje a.u.b.

Momentje a.u.b.
1 / 23
next
Slide 1: Slide
LandbouwtechniekMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Momentje a.u.b.

Slide 1 - Slide

Momenten

Slide 2 - Slide

Waar denk je aan bij
"arm worstelen"

Slide 3 - Mind map

Momenten
In deze les:

- Wat is een moment?
- Waarom gebruik ik een momentsleutel?
- Hoe bereken ik een moment? 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Waarvoor gebruik ik
een momentsleutel?

Slide 6 - Mind map

Waarom een momentsleutel?
- Om iets te monteren klem je 2 materialen op elkaar.
- De kracht moet groot genoeg zijn
- Maar niet té groot 
- En niet te klein

Slide 7 - Slide

Schade
Gevolgen na het niet controleren op een goed moment:
- Schade aan het schroefdraad
-Lekkende afdichtingen
- Brekende bouten > Loszittende onderdelen...

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Grootheden en eenheden
Kracht F                      in              Newton N        (1kg = 10N)

Arm (lengte) A         in               Meter   m

Moment M                 in               Newton(per) meter Nm

Slide 11 - Slide

Momenten
Een moment kan je berekenen met de volgende formule:

Moment (koppel) = Kracht x Arm

Gebruik de formule driehoek

Slide 12 - Slide

Voorbeeld

Slide 13 - Slide

Momenten
Moment = Kracht x Arm
Dus
Moment = Newton x meter

Dus de eenheid van een moment is:
Nm

Slide 14 - Slide

Voorbeeld vraag
Mijn moment sleutel is 0,5m lang
Mijn kracht is 60N
Moment = Kracht x Arm

Hoe groot is het moment dat 
ik nu uitoefen op mijn bout?

Slide 15 - Slide

Uitwerking
Moment = Kracht x Arm
Moment = 60N x 0.5m 
Moment = 30Nm

Slide 16 - Slide

Bereken het moment als:
Kracht = 20N Arm = 0,8m

Slide 17 - Open question

Wat is de kracht als:
Moment = 60Nm
Arm = 0,3m

Slide 18 - Open question

Bereken het moment.
Kracht = 50N
Arm = 2m
A
25Nm
B
75Nm
C
100Nm
D
100m

Slide 19 - Quiz

Wat stel ik in op de momentsleutel?

A
Newton
B
Kracht
C
Newton/meter
D
Kracht/meter

Slide 20 - Quiz

Wat is GEEN direct gevolg van een NIET goed aangedraaide bout?
A
Schade aan het schroefdraad
B
Het verliezen van onderdelen
C
Rammelende onderdelen
D
Verroeste bouten

Slide 21 - Quiz

Wanneer gebruiken we géén momentsleutel?
A
Om een bout los te draaien
B
Om een wielbout aan te draaien
C
Als je autobanden monteert
D
Als je trekkerbanden monteert

Slide 22 - Quiz

Einde les 
Zijn er nog vragen?

Slide 23 - Slide