Motieven reflectie

1 / 27
next
Slide 1: Video
LOBMBOStudiejaar 1-3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Loopbaancompetenties 

Slide 2 - Slide

Even herhalen...
Wat betekent kwaliteitenreflectie?

Slide 3 - Open question

Even herhalen...
Heb jij afgelopen dagen iets gedaan waarbij jij jouw kwaliteiten hebt ingezet?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Video

?
Welke vraag mist in dit wiel?

Slide 6 - Slide

Motieven reflectie
Wat motiveert mij?

Slide 7 - Slide

Wat betekent motivatie?

Slide 8 - Open question

Wat betekent motievenreflectie?

Slide 9 - Open question

Wanneer je deze competentie hebt behaald, weet je goed wat je leuk en interessant vindt aan een loopbaan. 

Na deze les: 
Kan je uitleggen wat motievenreflectie is
Kan je uitleggen wat jou motiveert 
Kan je uitleggen wat jou motiveert bij een opleiding 

Motievenreflectie

Slide 10 - Slide

Wat vind ik leuk aan een baan?

Bestaat uit 2 dingen:
- Wat vind ik belangrijk in een baan? (welke loopbaanwaarden vind jij belangrijk?)
    > Bijvoorbeeld: ik wil eigen baas zijn of ik wil niet hoeven werken in de weekenden

- Wat vind ik leuk om te doen? (wat zijn jouw interesses?)
    > Bijvoorbeeld: ik vind het leuk om om dieren te werken

Motievenreflectie

Slide 11 - Slide

Wat vind ik leuk aan een baan?

Bestaat uit 2 dingen:
- Wat vind ik belangrijk in een baan? (welke loopbaanwaarden vind jij belangrijk?)
    > Bijvoorbeeld: ik wil eigen baas zijn of ik wil niet hoeven werken in de weekenden



Loopbaanwaarden

Slide 12 - Slide

Loopbaanwaarden 
Wat? Lijst maken met loopbaanwaarden 
Wie? In groepjes van 4
Hoe? Met pen en papier

Bedenk met je groepje zoveel mogelijk loopbaanwaarden in 5 minuten. Loopbaanwaarden zijn dingen die jij belangrijk vindt in je werk, zoals samenwerken, vrijheid, veel geld verdienen, iets voor anderen kunnen betekenen etc.
timer
5:00

Slide 13 - Slide

Loopbaanwaarden 
Zelfstandigheid - Zelf kunnen beslissen hoe je werkt.
Uitdaging - Dingen doen die je laten groeien en leren.
Zekerheid - Een vaste baan en inkomen hebben.
Creativiteit - Nieuwe ideeën kunnen bedenken en gebruiken.
Afwisseling - Verschillende taken doen, geen saaie routine.
Hulp aan anderen - Iets doen wat anderen helpt of ondersteunt.
Erkenning - Waardering krijgen voor wat je doet.
Samenwerken - In een team werken met anderen.
Status - Een baan met aanzien hebben.
Balans werk/privé - Genoeg tijd hebben voor familie en vrije tijd.
Invloed - Beslissingen kunnen maken die impact hebben.
Ontwikkeling - Mogelijkheden om te leren en door te groeien.
Rust - Een baan zonder te veel stress.
Salaris - Goed betaald krijgen voor je werk.

Slide 14 - Slide

Loopbaanwaarden - wie ben ik?
Wat? Wie ben ik?
Wie? In groepjes van ongeveer 4
Hoe? Met pen en een notitieblaadje

Bedenk een beroep en schrijf het op je notitieblaadje zonder dat iemand het ziet. Geef hem aan degene links van je. Iedereen plakt het beroep op zijn voorhoofd. Nu gaat iedereen raden door middel van JA/NEE vragen welk beroep hij op zijn hoofd heeft. Bedenk vragen met de loopbaanwaarden van jullie papier. Bijvoorbeeld "verdient deze persoon veel geld?" 

Slide 15 - Slide

Welk beroep had jij en welke loopbaanwaarden pasten daarbij?

Slide 16 - Open question

Welke loopbaanwaarden vind jijzelf belangrijk?

Slide 17 - Open question

Wat vind ik leuk aan een baan?

Bestaat uit 2 dingen:
- Wat vind ik belangrijk in een baan? (welke loopbaanwaarden vind jij belangrijk?)
    > Bijvoorbeeld: ik wil eigen baas zijn of ik wil niet hoeven werken in de weekenden

- Wat vind ik leuk om te doen? (wat zijn jouw interesses?)
    > Bijvoorbeeld: ik vind het leuk om om dieren te werken

Motievenreflectie

Slide 18 - Slide

Wat vind ik leuk aan een baan?

Bestaat uit 2 dingen:



- Wat vind ik leuk om te doen? (wat zijn jouw interesses?)
    > Bijvoorbeeld: ik vind het leuk om om dieren te werken

Interessescan

Slide 19 - Slide

Wat zijn jouw hobby's? Wat doe jij graag buiten school?

Slide 20 - Open question

Zou jij van jouw hobby je werk willen maken?

Slide 21 - Open question

Interessescan - uitslag 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Aan de slag 
Wie? in tweetallen
Wat? Bespreek de uitslag
Hoelang? 10 minuten

Bespreek om de beurt de uitslag van de Interessescan. Stel minstens de volgende vragen aan elkaar:
  • Welke interesses passen echt niet bij jou en waarom?
  • Met welke interesses ben je het eens en waarom?
  • Ken jij al opleidingen die passen bij jouw interesses? 

Onthoud de antwoorden van de ander, deze moet je kunnen vertellen! 

Slide 24 - Slide

Aan de slag 
Loopbaanwaarden
"wat vind je belangrijk aan een baan?"
Wie? Zelfstandig
Wat? Maak de opdrachten in het werkboek 

Interesse
"wat vind je leuk om te doen?"

Slide 25 - Slide

Wat is jouw top 3 interesses?

Slide 26 - Open question

Volgende keer 

Slide 27 - Slide