herhaling

herhaling
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 200 min

Items in this lesson

herhaling

Slide 1 - Slide

Wanneer 'Welk' en wanneer 'Welke'?

Slide 2 - Mind map

..... fiets vind jij mooier?
A
welk
B
welke

Slide 3 - Quiz

..... vraag vinden jullie het moeilijkst?
A
welk
B
welke

Slide 4 - Quiz

In ...... stadion wordt de wedstrijd gespeeld?
A
welk
B
welke

Slide 5 - Quiz

...... opdracht moeten wij maken?
A
welk
B
welke

Slide 6 - Quiz

mooi - ...... - het mooist

Slide 7 - Mind map

goed - ..... - best

Slide 8 - Open question

donker - ...... - het donkerst
A
donkerer
B
donkerder
C
donkerderer
D
meer donker

Slide 9 - Quiz

zwaar - zwaarder - het .......

Slide 10 - Mind map

Wanneer gebruik je 'dat'?

Slide 11 - Mind map

.... meisje hier heeft goed haar best gedaan.
A
dit
B
dat
C
deze
D
die

Slide 12 - Quiz

Ik vind ..... stoel fijner zitten dan ... stoel.
A
dit, dat
B
dit, die
C
deze, die
D
deze, dat

Slide 13 - Quiz

.... mus hier heeft een nestje met ... mus daar.
A
dit, dat
B
dit, die
C
deze, dat
D
deze, die

Slide 14 - Quiz

.... woningen in het centrum vind ik (mooi).
A
deze, mooiste
B
deze, mooier
C
die, mooier
D
dat, mooiste

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Link

Zelfstandig werken
Diglin, Lowan, Disk, Klare Taal

Slide 17 - Slide