5.5 - Gedrag (1BK)

Welkom!
Zitten op je eigen plek
Telefoon thuis of in de kluis
1 / 40
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Zitten op je eigen plek
Telefoon thuis of in de kluis

Slide 1 - Slide

Biologie
Waarnemen en gedrag

Slide 2 - Slide

Waarnemen en gedrag
5.1 - Waarnemen
5.2 - De huid
5.3 - De oren
5.4 - De ogen
5.5 - Gedrag
5.6 - Onderzoeksvraag en hypothese

Slide 3 - Slide

Thema 5 - Waarneming en gedrag 
5.4 - De ogen

Slide 4 - Slide

Doelen van de vorige paragraaf
Je kunt de delen van het oog benoemen met hun taak
Je kunt benoemen hoe een bril helpt om beter te zien

Slide 5 - Slide

Als je dichtbij scherp kan zien, maar veraf niet, ben je...
A
Bijziend
B
Verziend

Slide 6 - Quiz

Het OOG: de binnenkant
netvlies
oogzenuw
lens

Slide 7 - Drag question

Het oog:
netvlies
oogzenuw
lens
Hoornvlies
vaatvlies

Slide 8 - Drag question

Hoe wordt het oog beschermd?
wenkbrauwen
Oogleden
Traanklieren
Wimpers
Houdt zweet tegen
Bescherming bij gevaar
Houdt oog vochtig
Houdt stof tegen

Slide 9 - Drag question

Iemand die bijziend is, draagt een bril met...
A
Holle lenzen
B
Bolle lenzen

Slide 10 - Quiz

Thema 5 - Waarneming en gedrag 
5.3 - De oren

Slide 11 - Slide

Doelen van de paragraaf
Je kunt de delen van het oor benoemen
Je kunt de taak van elk deel van het oor benoemen

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Het oor:
oorschelp
trommelvlies
slakkenhuis
gehoorbeentjes
gehoorzenuw
gehoorgang

Slide 14 - Drag question

Binnen oor
Buiten oor
Midden oor

Slide 15 - Drag question

Hoe komt het geluid je oor binnen?
Gehoorgang
Trommelvlies
Gehoorbeentjes
Slakkenhuis
Gehoorzenuw

Slide 16 - Drag question

Thema 5 - Waarneming en gedrag 
5.5 - Gedrag

Slide 17 - Slide

Doelen van de paragraaf
Je kunt beschrijven hoe een bewuste reactie ontstaat
Je kunt beschrijven wat gedrag is
Je kunt benoemen waardoor gedrag wordt bepaald

Slide 18 - Slide

prikkel, respons
een prikkel is iets wat je ziet hoort, voelt of ruikt.

respons is hoe je op de prikkel reageert.

Prikkel: iemand roept je naam. Respons: je draait je om.

Slide 19 - Slide

Reageren
Zintuigen reageren op prikkels door impulsen naar de hersenen te sturen.

Bij het reageren sturen de hersenen een impuls naar de spieren. 

Slide 20 - Slide

Bewuste reactie 

Slide 21 - Slide

Prikkel of respons?
Je hoort een auto toeteren
A
Prikkel
B
Respons

Slide 22 - Quiz

Prikkel of respons?
Je pakt de pen die op de grond is gevallen
A
Prikkel
B
Respons

Slide 23 - Quiz

Prikkel of respons?
Je begint met fietsen als het licht groen wordt
A
Prikkel
B
Respons

Slide 24 - Quiz

Prikkel of respons?
Je ziet het stoplicht oranje worden
A
Prikkel
B
Respons

Slide 25 - Quiz

Prikkel of respons?
Je ruikt de geur van pasgebakken brood
A
Prikkel
B
Respons

Slide 26 - Quiz

Prikkel of respons?
Je trekt je hand terug als je iets warms aanraakt
A
Prikkel
B
Respons

Slide 27 - Quiz

Gedrag
Alles wat een mens of dier doet

Bestaat uit reacties op prikkels

Elk deel van gedrag is een handeling

Slide 28 - Slide

Handelingen
Een hond staat op uit zijn mand en loopt naar de bak, waar hij gaat eten

Hoeveel handelingen zijn dit?
timer
0:30

Slide 29 - Slide

Handelingen
Een hond staat op uit zijn mand en loopt naar de bak, waar hij gaat eten

1 - Staat op
2 - Loopt
3 - Gaat eten

Slide 30 - Slide

Aangeboren en aangeleerd
Gedrag is er soms al, en moet soms worden geleerd

Lopen - aangeleerd
Drinken - aangeboren

Slide 31 - Slide

Normen en waarden: 
Waarden geven aan wat je belangrijk vindt, bijvoorbeeld ‘trouw’ of ‘eerlijkheid’.

Normen geven aan wat je dan wel of juist niet doet. Bij de waarde ‘trouw’ hoort bijvoorbeeld de norm ‘je laat je vrienden nooit in de steek’.
-> Bepalen gedrag van mensen

Slide 32 - Slide

Aangeleerd of aangeboren?
Een papegaai spreekt woorden uit
A
aangeleerd gedrag
B
aangeboren gedrag

Slide 33 - Quiz

Aangeleerd of aangeboren?
een kitten drinkt bij de moeder kat
A
aangeleerd
B
aangeboren

Slide 34 - Quiz

Aangeleerd of aangeboren?
Fietsen
A
aangeboren gedrag
B
aangeleerd gedrag

Slide 35 - Quiz

Aangeleerd of aangeboren?
Eten met mes en vork
A
aangeleerd gedrag
B
aangeboren gedrag

Slide 36 - Quiz

Aangeboren of aangeleerd?
A
Aangeboren
B
Aangeleerd

Slide 37 - Quiz

Aangeboren Aangeleerd?
A
aangeboren
B
aangeleerd

Slide 38 - Quiz

Vragen?

Slide 39 - Slide

Aan het werk


Maken:  5.5 (Gedrag) 1 tot en met 8
Eerder klaar?  9+10



Leerdoelen:
Je kunt beschrijven hoe een bewuste reactie ontstaat
Je kunt beschrijven wat gedrag is
Je kunt benoemen waardoor gedrag wordt bepaald

Slide 40 - Slide