Woordsoorten 1HA

Woordsoorten 1(M)HA
Voorbereiding toetsweek 2
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Woordsoorten 1(M)HA
Voorbereiding toetsweek 2

Slide 1 - Slide

Inhoud
Znw (MHA)
Lw (MHA)
Bnw (MHA)
Vz (MHA)
Pers. vnw (HA)
Zww (HA)
hww (HA)

Slide 2 - Slide

Zelfstandig naamwoord
Een zelfstandig naamwoord is een dier, mens, plant, ding en  gevoel.
Voor een zelfstandig naamwoord kan je altijd een lidwoord  zetten.
Eigennamen zijn ook zelfstandig naamwoorden.

- De fiets van Pieter is erg mooi geworden.
- Budel is een dorp in Nederland

Slide 3 - Slide

Wat is geen zelfstandig naamwoord?
A
roepen
B
kleding
C
schaal
D
kerstkaart

Slide 4 - Quiz


Wat is GEEN zelfstandig naamwoord?
A
verdriet
B
grond
C
rommelig
D
batterij

Slide 5 - Quiz

lidwoorden
- de

- het (let erop dat dit ook een pers. vnw kan zijn!)

- een

Slide 6 - Slide


Bijvoeglijk naamwoord
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

Je weet door een bijvoeglijk naamwoord meer over het zelfstandig naamwoord.


Slide 7 - Slide

Benoem de bijvoeglijke naamwoorden uit de volgende zin:
Het meisje is erg leuk en maakt een mooie tekening.

Slide 8 - Open question

Wat is het bnw in de volgende zin.
Maandag is er een toets en het onderwerp is heel erg moeilijk.
A
maandag
B
heel
C
erg
D
moeilijk

Slide 9 - Quiz

Voorzetsels

Slide 10 - Mind map

Slide 11 - Video

Ik heb ze van Madelon geleend.

het persoonlijk voornaamwoord is / de persoonlijke voornaamwoorden zijn...
A
ik
B
ze
C
Madelon
D
ik / ze

Slide 12 - Quiz

Zij kamt haar haar voor de spiegel.

Het persoonlijk voornaamwoord is... /
De persoonlijke voornaamwoorden zijn ...
A
Zij
B
Zij, haar
C
Zij, haar, haar
D
haar

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Video

Wat is een zelfstandig werkwoord?
A
Werkwoord dat de actie aangeeft in de zin
B
Werkwoord dat een ander werkwoord helpt
C
voltooid deelwoord

Slide 15 - Quiz

Is "werd" een zelfstandig werkwoord?
Er werd wat geglimlacht: van mij naar hem
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quiz

Ik heb tegen de bal geschopt.

Het zelfstandig werkwoord is:
A
geschopt
B
tegen
C
ik
D
heb

Slide 17 - Quiz

De werkzaamheden zullen moeten worden gestaakt.
Wat is het zww.
A
zullen
B
moeten
C
worden
D
gestaakt

Slide 18 - Quiz

En nu alles door elkaar

Slide 19 - Slide

Gisteren hebben wij huiswerk gemaakt voor Nederlands. Dit was erg makkelijk. Het ging over grammatica. 
Hebben
ging
grammatica
het
over
makkelijk
bnw
znw
hww
zww
pers. vnw
vz

Slide 20 - Drag question

Het onderdeel woordsoorten is mij helemaal duidelijk!
πŸ˜’πŸ™πŸ˜πŸ™‚πŸ˜ƒ

Slide 21 - Poll