Schrijven les 10 V1 fouten met als/dan/jouw/mv/ev/me/mijn

1 / 51
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1,3

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe zit je er bij?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

This item has no instructions

Ik heb het aan ..... verteld
A
hen
B
hun

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Ik heb het ..... verteld
Hun
Hen

Slide 4 - Poll

This item has no instructions

.... hebben het mij verteld
Zij
Hun
Hen

Slide 5 - Poll

This item has no instructions

Hij heeft het mij .....
belooft
beloofdt
beloofd

Slide 6 - Poll

This item has no instructions

Hij ...... het mij.
beloofd
beloofdt
belooft

Slide 7 - Poll

This item has no instructions

Slide 8 - Link

Video taalfouten, straatinterviews AD.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Ik heb ………. huiswerk niet gemaakt.

A
me
B
mijn

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Wat wil jij toch van………… ?

A
me
B
mij
C
mijn

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wil jij ………… even helpen?

A
mij
B
mijn
C
me

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Ik ben………….. hond kwijt.
A
mijn
B
me
C
mij

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Ik ga morgen … Nick en Simon.


A
na
B
naar

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Ik voel me altijd vreselijk …..dat ik een biertje te veel heb gedronken.
A
na
B
naar

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

……… het vertrek van de laatste bus, moet je naar huis lopen.

A
na
B
naar

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions


Met de trein rijd ik …….. Amsterdam.

A
naar
B
na

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Ga je mee ………….. Lowlands dit jaar?
A
na
B
naar

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Dat spel is leuker ............ dat oude spel.
A
als
B
dan

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Ik heb even goed geleerd ………….. jij.


A
als
B
dan

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Haar studentenhuis is schoner ………….. haar appartement.

A
als
B
dan

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Senna is………. even grappig  Yael.

A
als
B
dan

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Slide 27 - Link

als / dan

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

u of uw?
Uw = bezit!

Uw boek
Uw studie
Uw vacature
Uw bedrijf
Ik schrijf u met betrekking tot uw vacature.....

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Link

jouw/uw/u

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Enkelvoud/meervoud; 
de weg kwijt in lange zinnen
Foute constructie



Hoe zit het eigenlijk?
Hoe kun je dit oplossen?
De organisatie biedt ouderen een thuis en ze geven hun de mogelijkheid in groepsverband te ontbijten.

De groep biedt ouderen een thuis. De organisatie geeft hun…

De organisatie biedt ouderen een thuis en geeft hun de mogelijkheid in groepsverband te ontbijten.

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Het gebruik van steunkousen........... voor veel mensen nog steeds lastig.
A
is
B
zijn

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Voor het proefwerk van gisteren … een aantal leerlingen niet geleerd.


A
hadden
B
had

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Dit soort fouten ….... helaas nog veel gemaakt.

A
word
B
wordt
C
worden

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Een kudde paarden ...… in de wei van de buurman
A
staan
B
staat

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

Volgens Van Gaal …....... de media een foute weergave van de gebeurtenissen.
A
geeft
B
geven

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Waarom ......… er een paar schoenen in de gang?

A
staat
B
staan

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Slide 44 - Slide

This item has no instructions


A
slagroomtaart
B
slagroom taart

Slide 45 - Quiz

This item has no instructions


A
druk bezocht
B
drukbezocht

Slide 46 - Quiz

This item has no instructions

De ontvoerders eisten één miljoen aan.........
A
los geld
B
Losgeld

Slide 47 - Quiz

This item has no instructions

Op TV start een nieuw programma:
A
Naakt model tekenen
B
Naaktmodeltekenen

Slide 48 - Quiz

This item has no instructions

Heb jij echt al ..............................?
A
trouw plannen
B
trouwplannen

Slide 49 - Quiz

This item has no instructions

VEEL DIARREE GEVALLEN IN PARIJS

????
A
veel diarreegevallen
B
veel diarree gevallen

Slide 50 - Quiz

This item has no instructions

Afspraken over het schrijven van getallen in teksten
Het is gebruikelijk om de volgende getallen in lopende tekst als woord te schrijven:

  • getallen tot twintig: twee, negen, zeventien, achtste, de negentiende eeuw;
  • tientallen tot honderd: twintig, vijftig, tachtigste;
  • honderdtallen tot duizend: driehonderd, negenhonderd;
  • duizendtallen tot en met twaalfduizend: zesduizend, tienduizendste;
  • de woorden miljoen, miljard, biljoen, enz.: vier miljoen, zeven miljardste.
  • Let wel op: één miljoen, tien miljoen, vijf miljard
  • 19 januari 
  • temperatuur van 15 graden
  • 10 procent

Slide 51 - Slide

This item has no instructions