BS 1 Je omgeving waarnemen

Leerdoelen
  • Je kunt de werking van zintuigen beschrijven.

  • Je kunt de werking van zintuigen in relatie met het zenuwstelsel beschrijven.

  • Je kunt de reactie van een zintuig op een adequate prikkel beschrijven.
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Leerdoelen
  • Je kunt de werking van zintuigen beschrijven.

  • Je kunt de werking van zintuigen in relatie met het zenuwstelsel beschrijven.

  • Je kunt de reactie van een zintuig op een adequate prikkel beschrijven.

Slide 1 - Slide

Je zintuigen zitten in bepaalde organen:
gehoorzintuig in oren,
gezichtszintuig in ogen, etc.
In een zintuig bevinden zicht zintuigcellen:
elke zintuigcel is verbonden met een uitloper van een gevoelszenuwcel.

Slide 2 - Slide

Zintuigcellen 
De zintuigcellen maken een elektrisch schokje aan bij een prikkel dit noemen we een impuls.

De zintuigcellen zijn aangesloten op de zenuwen.
Leiden de impulsen naar de hersenen. 


Slide 3 - Slide

Zintuigen
In de zintuigen liggen zintuigcellen.

Als deze prikkels opvangen, ontstaan er impulsen. -> Elektrische signalen ('seintjes'). 

De zintuigcellen zijn aangesloten op de zenuwen. -> Leiden de impulsen naar de hersenen. 

Slide 4 - Slide

De zintuigen in je huid

Slide 5 - Slide

Zintuigen in de huid

Slide 6 - Slide

Ontstaan van impulsen
Drempelwaarde  - Adequate Prikkel

Slide 7 - Slide

Impulsfrequentie
Hoe sterker de prikkel, hoe meer impulsen worden doorgegeven;  De impulsfrequentie wordt groter.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Adequate prikkel

Slide 10 - Slide

Adequate prikkel
Niet adequate prikkel ?????

Slide 11 - Slide

Adaptie
De drempelwaarde voor een prikkel is niet altijd even hoog. Na een sterke prikkel wordt de drempelwaarde voor een volgende prikkel hoger.

Als een bepaalde prikkel heel lang aanhoudt, ontstaan er in de zintuigcellen soms minder impulsen. Dit noem je adaptie (gewenning).

Slide 12 - Slide

Aan het werk
Opdracht 1 t/m 4

Klaar?
Opdracht 5

Slide 13 - Slide

Interne en externe prikkels
Externe prikkels komen van buiten het lichaam.

Inwendige prikkels worden in het lichaam waargenomen.


Hypothalamus
Orgaantje in de hersenen die al deze interne prikkels ontvangt. 
Warmte, kou, licht, geur, smaak, geluid, etc.


Lichaamstemperatuur, zuurtegraad van het bloed, etc

Slide 14 - Slide

Receptoren

Slide 15 - Slide

Chemische receptoren
  • Reageren na binding met moleculen

  • Smaak: opgeloste moleculen

  • Reuk: moleculen uit de lucht

Slide 16 - Slide

Mechanische receptoren

- Gehoor
- Evenwicht
- Tast
- Druk


Slide 17 - Slide

Temperatuurreceptor
  • Liggen (onder andere) in de huid

  • Reageren waarneer de temperatuur onder of boven de normwaarde van 37 graden komt.

Slide 18 - Slide

Lichtreceptoren
Hier ontstaat de impuls voor zichtbaar licht.

Slide 19 - Slide

Pijnreceptoren
Reageren als de prikkels extreem worden/zijn zoals hitte

Kan ook reageren op chemische
verbindingen bij beschadiging of
ontsteking van weefsel


Slide 20 - Slide

Evaluatie
  • Kan je nu de werking van zintuigen beschrijven?

  • Kan je nu de werking van zintuigen in relatie met het zenuwstelsel beschrijven?

  • Kan je nu de reactie van een zintuig op een adequate prikkel beschrijven?

Slide 21 - Slide