Les 13 - Literatuur §14

Les 13

Literatuur
§14

1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Les 13

Literatuur
§14

Slide 1 - Slide

Wat heb je voorbereid
-

Slide 2 - Slide

Doel van de les

Je leert metaforisch taalgebruik
te herkennen en te interpreteren

Slide 3 - Slide

Indeling
  • Bespreken theorie blz. 174 (TB)
  • Lezen verhaal blz. 172
  • Klassikaal opdr. 1-2-3-5 blz. 162 (WB)
  • Woordenschat (2x)

Slide 4 - Slide

Indeling
  • Bespreken theorie blz. 174 (TB)
  • Lezen verhaal blz. 172
  • Klassikaal opdr. 1-2-3-5 blz. 162 (WB)
  • Woordenschat (2x)

Slide 5 - Slide

Theorie
  • Zuivere metafoor (blz. 156)
    Vergelijking waarbij de werkelijkheid waarnaar verwezen wordt, buiten beschouwing wordt gelaten

  • Thema en motief

  • Interpretatie

Slide 6 - Slide

Thema
Het thema van een literair werk is datgene — een indruk, een gezichtspunt, een levensvisie — wat als grote lijn in het werk naar voren komt. Dat thema kan expliciet worden genoemd, dan is het te vergelijken met een boodschap.

In de moderne literatuur is het thema meestal impliciet. Het kan de lezer pas duidelijk worden als hij het werk actief interpreteert. Van een boodschap is vaak geen sprake. Wel heeft het literaire kunstwerk een "gezicht": het draagt al dan niet bewust een standpunt uit.

Slide 7 - Slide

Motief

Een motief is een element of gegeven dat herhaaldelijk terugkeert en dat daardoor een bijzondere betekenis krijgt.

Een motief staat in relatie met het thema.

Slide 8 - Slide

Indeling
  • Bespreken theorie blz. 174 (TB)
  • Lezen verhaal blz. 172
  • Klassikaal opdr. 1-2-3-5 blz. 162 (WB)
  • Woordenschat (2x)

Slide 9 - Slide

Achtergond

Wanneer je een tekst of verhaal leest of gelezen hebt, kan het verhelderend zijn informatie van over de schrijver op te zoeken.

Slide 10 - Slide

Achtergond
  • Geschreven door Kader Abdolah.
  • Hij is geboren in Iran.
  • Hij heeft natuurkunde gestudeerd aan de universiteit van Iran.
  • Kader Abdolah is een pseudoniem.
  • Zijn pseudoniem zijn de namen van twee vrienden die door de Iraanse overheid zijn geëxecuteerd wegens verzet tegen het Iraanse bewind.
  • Hij vluchtte in 1985 als politiek vluchteling naar Nederland.
  • Hij kwam terecht in Zwolle en ging werken in een fabriek.

Slide 11 - Slide

Je hebt nu informatie over de schrijver.
Geeft dit een andere kijk op het verhaal?

Zoek voordat je je boekgesprek hebt informatie op over de schrijver van je boek. Het kan je helpen het boek te interpreteren.

Slide 12 - Slide

Indeling
  • Bespreken theorie blz. 174 (TB)
  • Lezen verhaal blz. 172
  • Klassikaal opdr. 1-2-3-5 blz. 162 (WB)
  • Woordenschat (2x)

Slide 13 - Slide

Indeling
  • Bespreken theorie blz. 174 (TB)
  • Lezen verhaal blz. 172
  • Klassikaal opdr. 1-2-3-5 blz. 162 (WB)
  • Woordenschat (2x)

Slide 14 - Slide

Woordenschat §13
  • absurdistisch
  • begeerte
  • gemaquilleerd
  • jolig
  • onaangedaan
  • verwikkeling
  • zaliger

Slide 15 - Slide

Woordenschat §14
  • miskenning
  • naturalisatie
  • ontheemding
  • prepareren
  • stuiptrekking
  • zeggingskracht

Slide 16 - Slide