Cursus 6 Formuleren §3 Variatie in zinsopbouw

Cursus 6 par.3 Variatie in zinsopbouw
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Cursus 6 par.3 Variatie in zinsopbouw

Slide 1 - Slide

Lesdoel
  • Ik kan mijn tekst aantrekkelijker maken door te variëren in zinsopbouw.

Slide 2 - Slide

Groep 1: OPA
Groep 2 APO
Mijn broer geeft zijn vriendin elk jaar voor haar verjaardag een roos.
Elk jaar geeft mijn broer zijn vriendin voor haar verjaardag een roos.
Op haar zeventiende verjaardag is hij daarmee begonnen.
Hij is daarmee begonnen op haar zeventiende verjaardag.

Slide 3 - Drag question

Zinnen kun je op verschillende manier opbouwen. 
Je bouwstenen zijn : het Onderwerp, persoonsvorm, andere zinsdelen.

Bijv. 
OPA:  Ik maak mijn huiswerk
Variatie in zinsopbouw

Slide 4 - Slide

Zinnen kun je op verschillende manier opbouwen. 
Je bouwstenen zijn : het Onderwerp, persoonsvorm, andere zinsdelen.

Bijv. 
OPA:  Ik maak mijn huiswerk
Variatie in zinsopbouw
onderwerp
persoonvorm
ander zinsdeel

Slide 5 - Slide

Zinnen kun je op verschillende manier opbouwen. 
Je bouwstenen zijn : het Onderwerp, persoonsvorm, andere zinsdelen.

Bijv. 
OPA:  Ik maak mijn huiswerk
POA: Maak ik mijn huiswerk?
Zo varieer je in zinsopbouw
onderwerp
persoonvorm
ander zinsdeel

Slide 6 - Slide

Zinnen kun je op verschillende manier opbouwen. 
Je bouwstenen zijn : het Onderwerp, persoonsvorm, andere zinsdelen.

Bijv. 
OPA:  Ik maak mijn huiswerk.
POA: Maak ik mijn huiswerk?
APO: Mijn huiswerk maak ik.
Variatie in zinsopbouw
onderwerp
persoonvorm
ander zinsdeel

Slide 7 - Slide

Zinnen kun je op verschillende manier opbouwen. 
Je bouwstenen zijn : het Onderwerp, persoonsvorm, andere zinsdelen.

Bijv. 
OPA:  Ik maak mijn huiswerk
POA: Maak ik mijn huiswerk?
OP: Ik eet
Variatie in zinsopbouw
persoonvorm
onderwerp

Slide 8 - Slide

Zinnen kun je op verschillende manier opbouwen. 
Je bouwstenen zijn : het Onderwerp, persoonsvorm, andere zinsdelen.

Bijv. 
OPA:  Ik maak mijn huiswerk
POA: Maak ik mijn huiswerk?
PA: Maak je huiswerk!
Variatie in zinsopbouw
persoonvorm
ander zinsdeel

Slide 9 - Slide

Welke opbouw heeft deze zin:

De opdrachten zijn nog lang niet af
A
OPA
B
APO
C
POA
D
PA

Slide 10 - Quiz

Welke opbouw heeft deze zin:
In de les heeft niet elke leerling iets gedaan.
A
OPA
B
APO
C
POA
D
PA

Slide 11 - Quiz

Welke opbouw heeft deze zin:

Vergeet je je huiswerk niet te maken?
A
OPA
B
APO
C
POA
D
PA

Slide 12 - Quiz

Welke opbouw heeft deze zin:

Schrijf nu het antwoord op!
A
OPA
B
APO
C
POA
D
PA

Slide 13 - Quiz

Opdrachten
Cursus 6 Formuleren
Par. 3 Variatie zinsopbouw

Digitaal lesboek: 1 t/m 4 


(p. 238-239)

Slide 14 - Slide