schizofrenie

Schizofrenie
1 / 23
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Schizofrenie

Slide 1 - Slide

les programma
  • lesdoelen 
  • wat is schizofrenie 
  • verpleegkundige diagnose 
  • verpleegkundige interventie 
  • psychotische symptomen 
  • negatieve symptomen 
  • cognitieve symptomen
  • affectieve symptomen 
  • evaluatie 

Slide 2 - Slide

lesdoelen
  • De student weet wat schizofrenie is en kent drie symptomen van schizofrenie 
  • Aan het eind van de les kent de student de 1 verpleegkundige diagnose en 1 verpleegkundige interventie
  • Aan het eind van de les weet de student wat negatieve en affectieve symptomen zijn

Slide 3 - Slide

wat is schizofrenie 
Schizofrenie is een hersenaandoening waarbij je last hebt van psychoses. Tijdens een psychose zie, hoor, voel, proef of ruik je dingen die er niet zijn. Je hersenen houden je voor de gek. Ook denk je dingen die niet waar 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

verpleegkundige diagnose 
  • Dreigend geweld gericht op zichzelf of anderen  
  • sociaal isolement 
  • verstoorde zintuiglijke waarneming 
  • verstoord denken 
  • verstoorde verbale communicatie 
  • zelfredzaamheidstekort 

Slide 6 - Slide

verpleegkundige interventie
  • Zorg dat de client zo weinig mogelijk prikkels uit
  • Zorg ervoor dat zo veel mogelijk de dezelfde verpleegkundigen met de client werken
  • Raak de client niet aan zonder hem te waarschuwen

Slide 7 - Slide

oefenen interventie en diagnose 
jullie gaan in tweetallen een diagnose zoeken dat hoort bij schizofrenie. als jullie een diagnose hebben koppel je er een interventie aan. als je klaar bent bespreek je dit met de buren

Slide 8 - Slide

psychotische symptomen 
Bij psychotische symptomen heeft een persoon met schizofrenie een psychose. Een psychoses een toestand waarbij iemand zijn grip op de realiteit kwijt is. Hij ziet of hoort soms dingen die er niet zijn (hallucinaties) en is overtuigd van bepaalde ideeën die niet kloppen (wanen) 
psychotische symptomen zijn: wanen, hallucinaties, onsamenhangende spraak en gedesorganiseerd gedrag 

Slide 9 - Slide

negatieve symptomen 
negatieve symptomen zijn: spraakarmoede,
motivatieproblemen, initiatiefverlies en vervlakking
van het gevoelsleven

Slide 10 - Slide

cognitieve symptomen
cognitieve symptomen zijn: 
stoornissen in informatieverwerking,
concentratie, (werk)geheugen, planning en
probleemoplossend vermogen

Slide 11 - Slide

affectieve symptomen 
affectieve symptomen zijn: 
angst en somberheid 

Slide 12 - Slide

wanen en hallucinaties zijn:
A
negatieve symptomen
B
cognitieve symptomen
C
psychotische symptomen
D
affectieve symptomen

Slide 13 - Quiz

welk van de onderstaande woorden is geen verpleegkundige diagnose
A
sociaal isolement
B
verstoord denken
C
verstoord verbale communicatie
D
hoog zelfredzaamheid

Slide 14 - Quiz

schrijf in je eigen woorden op wat schizofrenie is

Slide 15 - Open question

casus 1
Lisa loopt midden nacht in haar pyjama en lachend door de woonkamer. ze praat met een denkbeeldige dier de ze aan het aaien is. als je aan Lisa vraagt wat er is verteld ze dat ze niet kan slapen omdat ze verschillende stemmen hoort. 

Slide 16 - Slide

Lisa hoort stemmen en ziet denkbeeldige dieren waar hebben we hier mee te maken?
A
hallucinaties
B
wanen

Slide 17 - Quiz

casus 2
Anne is thuis en denkt dat ze wordt afgeluisterd. Ze denkt dat iedereen kan horen wat ze thuis doet. ze is thuis alle stopcontacten aan het openen omdat ze denkt dat ze via de stopcontacten wordt afgeluisterd. 

Slide 18 - Slide

Anne denkt dat ze thuis wordt afgeluisterd en is alle stopcontacten aan het openen omdat ze denkt daar afgeluisterd te worden waar hebben we hier mee te maken?
A
hallucinaties
B
wanen

Slide 19 - Quiz

casus 3
je bent een spel aan het spelen met bas, bas is een man van 45. Bas was altijd een hele fanatieke speler. hij wilde altijd van iedereen winnen. na 15 minuten spelen stopt bas er ineens mee en loopt weg. als je hem zoekt ligt hij in bes met zijn ogen dicht. hij is erg moe zegt hij

Slide 20 - Slide

waar heeft bas in casus 3 last van?
A
bas heeft last van positive symptomen
B
bas heeft last van negatieve symptomen

Slide 21 - Quiz

lesdoelen bespreken
  • De student weet wat schizofrenie is en kent drie symptomen van schizofrenie 
  • Aan het eind van de les kent de student de 1 verpleegkundige diagnose en 1 verpleegkundige interventie
  • Aan het eind van de les weet de student wat negatieve en affectieve symptomen zijn

Slide 22 - Slide

evaluatie 
schrijf in het kort op wat je van de les vond, wat je hebt geleerd en zijn de lesdoelen behaald

Slide 23 - Slide