De Grieken 3.1 en 3.2

De Grieken 3.1 en 3.2
- quiz over 3.1 en 3.2
- start 3.3
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

De Grieken 3.1 en 3.2
- quiz over 3.1 en 3.2
- start 3.3

Slide 1 - Slide

Wat is een ander woord voor 'stadstaat' ?
A
akropolis
B
polis
C
poleis
D
politeia

Slide 2 - Quiz

Waarom werd Griekenland niet 1 staat?
A
De Grieken mochten elkaar niet
B
De Grieken hadden niet dezelfde goden
C
De Grieken spraken niet dezelfde taal
D
De Grieken hadden weinig contact met elkaar

Slide 3 - Quiz

Wie waren burger in Athene?
A
vrouwen
B
mannelijke kinderen
C
volwassen vrije mannen uit polis
D
mannen uit andere steden

Slide 4 - Quiz

slaven
Vreemdelingen
Vrouwen
Vrije volwassen mannen geboren in stadstaat

Slide 5 - Drag question

Wat zie je op deze afbeelding?
A
Agora
B
Polis
C
Akropolis
D
Pantheon

Slide 6 - Quiz

Wat is NIET waar?
A
De Grieken hadden te weinig landbouwgrond
B
De Grieken stichtten kolonies
C
De Grieken noemen zichzelf Hellenen
D
De Grieken waren vijanden van de kolonies

Slide 7 - Quiz

overwonnenen
Spartanen
omwonenden

Slide 8 - Drag question

Wat stond er NIET op de Agora?
A
huizen
B
de markt
C
de Stoa
D
overheidsgebouwen

Slide 9 - Quiz

Democratie
Tirannie
aristocratie
Monarchie
Een groepje aanzienlijken
het volk beslist
erfelijke vorst
Onwettige alleenheerser

Slide 10 - Drag question


A
pot-spraak
B
scherf-recht
C
potgericht
D
schervengericht

Slide 11 - Quiz

3.3 Geloven en weten
- de Griekse cultuur
- de Griekse goden
- het Orakel van Delphi

Slide 12 - Slide

de Griekse cultuur
- De Grieken vonden zichzelf heel beschaafd
- Anderen noemden ze Barbaren

De Grieken voelden zich 1 volk door:
- dezelfde taal
- Hetzelfde schrift
- dezelfde mythen, sagen en legenden

Slide 13 - Slide

Mythen, Sagen en Legenden

Mythe = godenverhalen
Sagen = helden verhalen (Epos=Ilias en Odyssee)
Legenden = wonderlijke verhalen

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

De Griekse goden
- lijken op mensen
- wonen op de berg Olympus
- hebben menselijke eigenschappen; maken ruzie, zijn boos of blij, verliefd of willen wraak.
- De verhalen worden van generatie op generatie doorverteld

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

De Goden
- Zeus is de oppergod
- Zijn broers zijn Poseidon (van de zeeën) en Hades (van de onderwereld)
- Zijn vrouw is Hera
- Zijn kinderen: Apollo, Athena, Aphrodite en Dionysius

Slide 18 - Slide

Orakel van Delphi
- raad vragen aan de god Apollo
- een priesteres geeft het antwoord
- voorspellingen waren vaag

Slide 19 - Slide

Natuurgodsdienst
- de Goden maakten onbegrijpelijke dingen toch begrijpelijk.
Als het donderde dan was Zeus boos bijv.
- Elke god had speciale taken
- Goden zorgden voor geluk of ongeluk, ziekte en dood

Slide 20 - Slide

Aan de slag
Maak van 3.3 opdrachten 1 t/m 3

Klaar? Doe iets voor jezelf

Slide 21 - Slide