Week 6: Grammar word order + irregular verbs

Week 6
Doel: Je kent de regels voor de woordvolgorde in het Engels en bent op de hoogte van de irregular verbs.
  • Idiom of the week! 
  • Grammar: word order + irreg. verbs
  • Opdrachten grammar maken
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

Week 6
Doel: Je kent de regels voor de woordvolgorde in het Engels en bent op de hoogte van de irregular verbs.
  • Idiom of the week! 
  • Grammar: word order + irreg. verbs
  • Opdrachten grammar maken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Idiom of the week!
What do you think the idiom is about:
''A change of heart''

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Idiom of the week!
''A change of heart''
Meaning: 
To change your opinion about something
Example: 
Ms. Ramirez used to be opposed to allowing dogs at school, but she’s had a change of heart.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Oefenen! (op papier)
  • Eerst zelf proberen!
Wat is de regel voor de standaard volgorde?
Zet de onderdelen van de zin op de goede volgorde.
Zet het bijwoord op de goede plek in de zin.
  • Daarna uitleg
  • Tijd om je antwoord aan te passen
  • Daarna klassikaal nakijken

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Grammar: Word order + irregular verbs

We beginnen met de word order, daar gaan we ook klassikaal even mee oefenen.

De irregular verbs is een kwestie van weten, stamp deze!

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

De woordvolgorde in een schema:

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Oefenen! (op papier)
Wat is de regel voor de standaard volgorde ook alweer?
Zet de onderdelen van de zin op de goede volgorde.
Zet het bijwoord op de goede plek in de zin.

Daarna klassikaal nakijken.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Wat is de standaardregel voor woordvolgorde in het Engels?


  • Wie - doet - wat/wie - waar - wanneer

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Zinnen in de juiste volgorde:
  • 1. We | a present | gave | to our friend | at her birthday
  • We gave a present to our friend at her birthday
  • 2. Darnell | eaten | has | just now | the hotdog
  • Darnell has eaten the hotdog just now.
  • 3. ? | did | in the cinema | you | see that film
  • Did you see that film in the cinema?
  • 4. at work | designed | for safety | these rules | were
  • These rules were designed for safety at work


Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Zinnen in de juiste volgorde:
  • 1. This is the best helmet. (definitely)
  • This is definitely the best helmet.
  • 2. We took the bus. (regularly)
  • We regularly took the bus.
  • 3. Could you check her pulse? (possibly)
  • Could you possibly check her pulse?
  • 4. You shouldn’t interrupt me. (always)
  • You shouldn't always interrupt me.


Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Grammar: irregular verbs
Irregular verbs 
Geen simpele regel om te vervoegen in v.t. of volt. deelwoord.
standaard:
(work – worked – worked)
onregelmatig bijvoorbeeld:
(bet – bet – bet)
(buy – bought – bought)

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

onregelmatige werkwoorden
Irregular verbs voorbeelden:
eat – ate – eaten
drink – drank – drunk
see – saw –seen
have – had – had
do – did – done
drive – drove – driven





Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Opdrachten NU Engels
Grammar:
Grammar survey + practise > sentences > 13 word order
Grammar survey + practise > irregular verbs

Of klik op planning in NU Engels

Slide 18 - Slide

https://www.spelletjesplein.nl/engels/