To be

to be
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

to be

Slide 1 - Slide

to be
werkwoord
to be = zijn

Slide 2 - Slide

werkwoord 'zijn'


verb 'to be'
'To be'

Ik
ben
Jij
bent
zij
is
Hij 
is
Het
is
Wij
zijn
Jullie
zijn
Zij
zijn
I
am
You
are
She
is
He
is
It
is
We
are
You
are
They
are

Slide 3 - Slide

To be betekent:
A
hebben
B
zijn
C
doen

Slide 4 - Quiz

Wat zijn de vormen van 'to be'?
A
I - you -he
B
am - are - is
C
are
D
geen idee

Slide 5 - Quiz

To be:
We...
A
is
B
am
C
are

Slide 6 - Quiz

To be:
They...
A
are
B
am
C
is

Slide 7 - Quiz

To be:
He...
A
are
B
am
C
is

Slide 8 - Quiz

To be: I
A
are
B
am
C
is

Slide 9 - Quiz


To be:
.......... it going to be a difficult test?
A
am
B
to be
C
are
D
is

Slide 10 - Quiz

To be:
They ... happy.
A
is
B
am
C
are

Slide 11 - Quiz

(to be)
I ......... happy.

Slide 12 - Open question

Maak de ontkenning met 'to be':
She ...... (to be) happy.

Slide 13 - Open question

Goed gedaan!!
We gaan nu verder met de weektaak.

Kijk op eventueel op Som wat je moet maken.


Slide 14 - Slide