Module 7 - fasen in de zorg

Module 7
Fasen in het zorgproces
1 / 16
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Module 7
Fasen in het zorgproces

Slide 1 - Slide

Planning
- Terugblik transities
- B ondersteuningsvragen behandelen
- Fasen in het zorgproces

Slide 2 - Slide

Wat is een transitie?
A
Een diepgaande, ingrijpende overgang naar een nieuwe situatie
B
Zorg voor cliënten in de laatste levensfase
C
Zorg die in meerdere zorgorganisaties tegelijk gegeven wordt
D
Een samenwerking in de zorg waarbij een brug wordt geslagen tussen organisaties

Slide 3 - Quiz

Welke verschillende soorten transities zijn er?

Slide 4 - Open question

Soorten transities
- Overgang in levensfasen
- Verandering in sociale rollen
- Veranderingen in verloop van de ziekte
- Veranderingen in zorgbehoefte

Slide 5 - Slide

B Ondersteuningsbehoeften

Slide 6 - Slide

Bekijk de casus en omschrijf de soorten transities die deze cliënt doormaakt. Schrijf ze op.
• Naam: meneer Van Straaten
• Leeftijd: 70 jaar
• Situatie: Meneer Van Straaten is 67 jaar.
Sinds hij op zijn vijfenzestigste met pensioen is gegaan, zit hij minder goed in zijn vel. Zijn werk als boekhouder betekende veel voor hem. Hij heeft het gevoel dat hij geen doel meer heeft in zijn leven en hij kan er niet goed aan wennen dat hij geen betaald werk meer heeft. Hij heeft sombere gedachten en is futloos. Nadat zijn vrouw een jaar geleden onverwachts overleed aan een hersenbloeding, ziet meneer Van Straaten het leven niet meer zitten. Het lukt hem niet om ’s ochtends uit zijn bed te komen en hij heeft zelfmoordgedachten. In overleg met hemzelf, zijn arts en zijn zoon wordt besloten om hem op te nemen binnen de GGZ. Meneer Van Straaten krijgt de diagnose ‘ernstige depressie’. Hij heeft op dit moment veel ondersteuning nodig bij zijn ADL.


Slide 7 - Slide

Welke soorten transities maakt deze cliënt door?

Slide 8 - Open question

Transities, 
• Verandering in sociale rol, namelijk van werknemer naar gepensioneerde. 

• Verandering in het verloop van zijn ziekte

• Verandering in de zorgbehoefte

Slide 9 - Slide

Waaraan merk je dat meneer vastloopt? Schrijf op
• Naam: meneer Van Straaten
• Leeftijd: 70 jaar
• Situatie: Meneer Van Straaten is 67 jaar.
Sinds hij op zijn vijfenzestigste met pensioen is gegaan, zit hij minder goed in zijn vel. Zijn werk als boekhouder betekende veel voor hem. Hij heeft het gevoel dat hij geen doel meer heeft in zijn leven en hij kan er niet goed aan wennen dat hij geen betaald werk meer heeft. Hij heeft sombere gedachten en is futloos. Nadat zijn vrouw een jaar geleden onverwachts overleed aan een hersenbloeding, ziet meneer Van Straaten het leven niet meer zitten. Het lukt hem niet om ’s ochtends uit zijn bed te komen en hij heeft zelfmoordgedachten. In overleg met hemzelf, zijn arts en zijn zoon wordt besloten om hem op te nemen binnen de GGZ. Meneer Van Straaten krijgt de diagnose ‘ernstige depressie’. Hij heeft op dit moment veel ondersteuning nodig bij zijn ADL

Slide 10 - Slide

Waaraan signaleer je dat hij vastloopt?

Slide 11 - Open question

Welke ondersteuning zou je bieden aan deze meneer? Schrijf op.

• Naam: meneer Van Straaten
• Leeftijd: 70 jaar
• Situatie: Meneer Van Straaten is 67 jaar.
Sinds hij op zijn vijfenzestigste met pensioen is gegaan, zit hij minder goed in zijn vel. Zijn werk als boekhouder betekende veel voor hem. Hij heeft het gevoel dat hij geen doel meer heeft in zijn leven en hij kan er niet goed aan wennen dat hij geen betaald werk meer heeft. Hij heeft sombere gedachten en is futloos. Nadat zijn vrouw een jaar geleden onverwachts overleed aan een hersenbloeding, ziet meneer Van Straaten het leven niet meer zitten. Het lukt hem niet om ’s ochtends uit zijn bed te komen en hij heeft zelfmoordgedachten. In overleg met hemzelf, zijn arts en zijn zoon wordt besloten om hem op te nemen binnen de GGZ. Meneer Van Straaten krijgt de diagnose ‘ernstige depressie’. Hij heeft op dit moment veel ondersteuning nodig bij zijn ADL

Slide 12 - Slide

Welke ondersteuning is belangrijk?

Slide 13 - Open question

Begeleiding
- Ruimte geven om te praten over gevoelens
- Hem benoemen dat de gedachten bij depressie horen
- Hem niet overvragen op het gebied van ADL
- Bekijk wat hij zelf aankan en de rest overnemen
- De handelingen die hij zelf doet geleidelijk uitbouwen
- Hem verspreid over de dag kleine hoeveelheden eten aanbieden

Slide 14 - Slide

Zorg gaat in fasen. Dit hebben we met module 4 behandeld. Kennen jullie allemaal de fasen?

Slide 15 - Open question

Vragen?

Slide 16 - Open question