Les 8: transplantaties & bloedgroepen

• Biologie
• MBO
• Studiejaar 1

Les 8: transplantaties & bloedgroepen

Planning van vandaag

• Terugblik vorige week
• Instructie transplantaties en bloedgroepen
• werkblad  

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je: 

• 
  

Terugblik vorige week

• Wat is een voorbeeld van natuurlijke actieve immunisatie?
• Wat is een voorbeeld van kunstmatige actieve immunisatie?
• Wat is een voorbeeld van natuurlijke passieve immunisatie?
• Wat is een voorbeeld van kunstmatige passieve immunisatie? 

Bloedgroepen

4 Bloedgroepen bij de mens:

1. Bloedgroep A
2. Bloedgroep B
3. Bloedgroep AB
4. Bloedgroep O

Universele donor = O-negatief

Universele ontvanger = AB-positief 

wat betekent positief en negatief?

Resusfactor

= een eiwit op de rode bloedcel, heb je dit eiwit, dan ben je resuspositief 

Heb je dit eiwit niet ben je resusnegatief 

85% van de bevolking is resuspositief 

Genetica

Bloedgroep is genetisch 

Transplantaties

= een orgaan of een deel van een orgaan ontvangen van iemand anders 

Na een transplantatie kan afstoting ontstaan, het lichaam accepteert het gedoneerde orgaan niet.

Hoe kan afstoting voorkomen worden?

Afstoting

Hoe komt het dat afstoting plaats vindt?

• Hyper acute afstoting = orgaan wordt meteen afgestoten  
• Acute afstoting = na enkele dagen of weken
• Chronische afstoting = gedurende enkele maanden

Voorbeelden van transplantaties

Wat vinden wij hiervan?

Vul op het papiertje in wat jouw mening is over het kweken van organen bij dieren voor mensen.