This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
H1.3 Metalen
Slide 1 - Slide
Leerdoelen 1.3
onderscheid 3 soorten stoffen
Eigenschappen metalen (microniveau)
Eigenschappen metalen (macroniveau)
Rekenen met massapercentages
Slide 2 - Slide
Deze les
Herhalingsopdrachten inleveren
Uitleg metalen
Uitleg + oefenen rekenen met massapercentages
Maken begrippenoverzicht paragraaf 1.3
Maken opdrachten paragraaf 1.3
Slide 3 - Slide
Bronnen
Boek theorie blz 23-25
Peppels: 1.3 metalen
Peppels: 1.3 massapercentage
Binas tabel 99
Slide 4 - Slide
Zijn er vragen over het huiswerk? Paragraaf 1.2
Slide 5 - Slide
Ik kan in mijn schrift de vragen van paragraaf 1.2 laten zien
Ja
Nee
Slide 6 - Poll
geleiden van elektrische stroom
Slide 7 - Mind map
Welke stoffen geleiden elektrische stroom?
Definitie:
Een stof geleidt elektrische stroom als tegelijkertijd aan de volgende twee voorwaarden wordt voldaan:
De stof moet bestaan uit geladen deeltjes
De geladen deeltjes moeten vrij kunnen bewegen
Slide 8 - Slide
indeling stoffen in scheikunde
drie categorieën
metalen, zouten en moleculaire stoffen
gebaseerd op of een stof stroom geleidt!
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Geleiden van elektrische stroom als:
- er moeten geladen deeltjes zijn EN
- deze geladen deeltjes moeten vrij kunnen bewegen
Metalen: geladen deeltjes (elektronen) en bewegen altijd vrij. Dus altijd geleiding.
Zouten: geladen deeltjes (ionen), maar bewegen alleen als ze zijn opgelost of in de vloeibare fase. Dus geleiding alleen als opgelost of in vloeibare fase.
Moleculaire stoffen: bestaan uit niet-metalen, dit zijn ongeladen deeltjes. Dus GEEN geleiding.
Slide 11 - Slide
hoe ziet de organisatie van deze stoffen eruit op micro niveau?
micro = molecuul-niveau (kunnen we niet zien, alleen voorspellen en verklaren met modellen)
macro = kunnen we juist wel zien, voelen, waarnemen, meten
Slide 12 - Slide
Metaalrooster
Metalen: Metaalrooster
elektronen kunnen vrij bewegen: geleiding
micro
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Hoe kun je stoffen herkennen?
Bij formules van stoffen:
Metalen: metaal atomen
Zouten: metaal + niet-metaal atomen
Moleculaire stoffen: niet-metaal atomen
Binas99
de gele atomen zijn metalen
de rode atomen zijn niet-metalen
Slide 15 - Slide
lezen
Lezen "
"zo doe je dat blz 24"
Slide 16 - Slide
Massapercentage
De verhouding tussen twee vaste stoffen in een mengsel.
%=Een getal dat het aantal delen per honderd delen aangeeft.
De eenheid is % (procent).
massapercentage = (massa deel / massa geheel) x 100%
Wat is het massapercentage
H in H2O?
Tip
Bedenk eerst:
Wat is de massa van één watermolecuul?
Wat is de massa van 1 waterstofatoom?
Hoeveel waterstofatomen zitten er in één watermolecuul?
Maak een verhoudingstabel.
Antwoord
Slide 17 - Slide
Massapercentage
Bereken het massapercentage koolstof in ethanol, C2H6O.
massa% = massa C / massa totaal * 100%
2*12,01 / (2*12,01+6*1,008+16,00) * 100% = 52,14%
Slide 18 - Slide
Wat betekent percentage?
A
%
B
Hoeveel u van een atoomsoort voorkomt per 100 u verbinding
C
Een getal dat het aantal delen per 100 delen aangeeft.
Slide 19 - Quiz
In 200 gram water wordt 50 gram suiker opgelost. Hoe hoog is het massapercentage suiker in deze oplossing?
A
4,0 %
B
5,0 %
C
20 %
D
25 %
Slide 20 - Quiz
er zit 200 gram zout in een mengsel van zand en zout dat 800 gram weegt. wat is het massapercentage zout%?